Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor aanbidder (Nederlands) in het Frans
aanbidder:
-
de aanbidder (vrijer; liefhebber; minnaar)
Vertaal Matrix voor aanbidder:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
adorateur | aanbidder; liefhebber; minnaar; vrijer | bewonderaar; fan; vereerder |
amant | aanbidder; liefhebber; minnaar; vrijer | beminde; duifje; gezel; hartsvriendin; kameraadje; liefje; liefste; lieve; maatje; poepje; schat; schatje; schattebout; scheetje; snoes; vriendin |
amoureux | aanbidder; liefhebber; minnaar; vrijer | beminde; duifje; gezel; hartsvriendin; kameraadje; liefje; liefste; lieve; maatje; minnaars; poepje; schat; schatje; schattebout; scheetje; snoes; vriendin; vrijers |
soupirant | aanbidder; liefhebber; minnaar; vrijer | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
amoureux | amoureus; amoureuze; liefderijk; liefdevol; verkikkerd; verliefd |