Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Frans ->Zoek: vrijspraak

Nederlandse en Franse zoekresultaten voor: vrijspraak

Overzicht

Nederlands naar Frans: Meer gegevens...

vrijspraak:
- acquittement
Wiktionary:
- vrijspraak → absolution, acquittement, décharge, relaxe

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vrijspraak (Nederlands) in het Frans

vrijspraak:

vrijspraak [de ~] zelfstandig naamwoord

de vrijspraak
l'acquittement
- acquittement [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor vrijspraak:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
acquittement	vrijspraak	aanzuivering; afbetalen; afbetaling; afdoening; afhandeling; aflossen; afrekenen; afrekening; afwikkeling; betalen; compensatie; dokken; kwijting; tegemoetkoming; vereffenen; vereffening; verrekening; voldoen

Wiktionary: vrijspraak

vrijspraak

noun

action d’absoudre.
- absolution → vrijspraak; absolutie
action d’acquitter, en parlant de dette ou d’engagements.
- acquittement → effening; kwijting; kwijtschelding; vereffening; absolutie; vrijspraak
action de décharger.
- décharge → afladen; lossen; stut; vrijwaring; vrijspraak; opluchting; salvo; pak; spui; afwatering; boezem; overloopbekken; belt; vaalt; vuilnisbelt
jugement qui prononce la cessation des poursuites contre un prévenu.
- relaxe → vrijspraak

Verwante vertalingen van vrijspraak

vrijspraak bepleiten