Nederlands
Uitgebreide vertaling voor verschimmelen (Nederlands) in het Frans
verschimmelen:
-
verschimmelen
Conjugations for verschimmelen:
o.t.t.
- verschimmel
- verschimmelt
- verschimmelt
- verschimmelen
- verschimmelen
- verschimmelen
o.v.t.
- verschimmelde
- verschimmelde
- verschimmelde
- verschimmelden
- verschimmelden
- verschimmelden
v.t.t.
- ben verschimmeld
- bent verschimmeld
- is verschimmeld
- zijn verschimmeld
- zijn verschimmeld
- zijn verschimmeld
v.v.t.
- was verschimmeld
- was verschimmeld
- was verschimmeld
- waren verschimmeld
- waren verschimmeld
- waren verschimmeld
o.t.t.t.
- zal verschimmelen
- zult verschimmelen
- zal verschimmelen
- zullen verschimmelen
- zullen verschimmelen
- zullen verschimmelen
o.v.t.t.
- zou verschimmelen
- zou verschimmelen
- zou verschimmelen
- zouden verschimmelen
- zouden verschimmelen
- zouden verschimmelen
diversen
- verschimmel!
- verschimmelt!
- verschimmeld
- verschimmelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor verschimmelen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
se moisir | verschimmelen |
Wiktionary: verschimmelen
verschimmelen
verb