Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor terugbezorgen (Nederlands) in het Frans
terugbezorgen:
terugbezorgen werkwoord (bezorg terug, bezorgt terug, bezorgde terug, bezorgden terug, terugbezorgd)
-
terugbezorgen
rendre; ramener; retourner; remettre; rapporter-
rendre werkwoord (rends, rend, rendons, rendez, rendent, rendais, rendait, rendions, rendiez, rendaient, rendis, rendit, rendîmes, rendîtes, rendirent, rendrai, rendras, rendra, rendrons, rendrez, rendront)
-
ramener werkwoord (ramène, ramènes, ramenons, ramenez, ramènent, ramenais, ramenait, ramenions, rameniez, ramenaient, ramenai, ramenas, ramena, ramenâmes, ramenâtes, ramenèrent, ramènerai, ramèneras, ramènera, ramènerons, ramènerez, ramèneront)
-
retourner werkwoord (retourne, retournes, retournons, retournez, retournent, retournais, retournait, retournions, retourniez, retournaient, retournai, retournas, retourna, retournâmes, retournâtes, retournèrent, retournerai, retourneras, retournera, retournerons, retournerez, retourneront)
-
remettre werkwoord (remets, remet, remettons, remettez, remettent, remettais, remettait, remettions, remettiez, remettaient, remis, remit, remîmes, remîtes, remirent, remettrai, remettras, remettra, remettrons, remettrez, remettront)
-
rapporter werkwoord (rapporte, rapportes, rapportons, rapportez, rapportent, rapportais, rapportait, rapportions, rapportiez, rapportaient, rapportai, rapportas, rapporta, rapportâmes, rapportâtes, rapportèrent, rapporterai, rapporteras, rapportera, rapporterons, rapporterez, rapporteront)
-
Conjugations for terugbezorgen:
o.t.t.
- bezorg terug
- bezorgt terug
- bezorgt terug
- bezorgen terug
- bezorgen terug
- bezorgen terug
o.v.t.
- bezorgde terug
- bezorgde terug
- bezorgde terug
- bezorgden terug
- bezorgden terug
- bezorgden terug
v.t.t.
- heb terugbezorgd
- hebt terugbezorgd
- heeft terugbezorgd
- hebben terugbezorgd
- hebben terugbezorgd
- hebben terugbezorgd
v.v.t.
- had terugbezorgd
- had terugbezorgd
- had terugbezorgd
- hadden terugbezorgd
- hadden terugbezorgd
- hadden terugbezorgd
o.t.t.t.
- zal terugbezorgen
- zult terugbezorgen
- zal terugbezorgen
- zullen terugbezorgen
- zullen terugbezorgen
- zullen terugbezorgen
o.v.t.t.
- zou terugbezorgen
- zou terugbezorgen
- zou terugbezorgen
- zouden terugbezorgen
- zouden terugbezorgen
- zouden terugbezorgen
en verder
- ben terugbezorgd
- bent terugbezorgd
- is terugbezorgd
- zijn terugbezorgd
- zijn terugbezorgd
- zijn terugbezorgd
diversen
- bezorg terug!
- bezorgt terug!
- terugbezorgd
- terugbezorgend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor terugbezorgen:
Wiktionary: terugbezorgen
terugbezorgen
verb
-
Traductions à trier suivant le sens
-
envoyer de nouveau.
- renvoyer → aanhouden; afdanken; afmonsteren; doorsturen; doorzenden; heruitzenden; ontslaan; ontzetten; refereren; reflecteren; retourneren; royeren; spiegelen; terugbezorgen; teruggooien; terugkaatsen; terugsturen; terugwerpen; terugwijzen; uitdrijven; uitstellen; verdagen; verdrijven; verjagen; verschuiven; verwijzen; weerkaatsen; weerspiegelen; wegdrijven; wegjagen
-
Pousser en arrière, rejeter ; faire reculer quelqu’un, écarter de soi quelque chose.
- repousser → afslaan; afwijzen; verwerpen; weigeren; wraken; nee zeggen tegen; afkeuren; terugwijzen; vertikken; retourneren; terugbezorgen; terugsturen; heruitzenden; het oneens zijn; afstoten; verdringen; verduwen; wegdringen; wegduwen; wegstoten; uitdrijven; verdrijven; verjagen; wegdrijven; wegjagen
-
aller de nouveau en un lieu.