Nederlands
Uitgebreide vertaling voor assimileren (Nederlands) in het Frans
assimileren:
-
assimileren
assimiler; égaliser; niveler-
assimiler werkwoord (assimile, assimiles, assimilons, assimilez, assimilent, assimilais, assimilait, assimilions, assimiliez, assimilaient, assimilai, assimilas, assimila, assimilâmes, assimilâtes, assimilèrent, assimilerai, assimileras, assimilera, assimilerons, assimilerez, assimileront)
-
égaliser werkwoord (égalise, égalises, égalisons, égalisez, égalisent, égalisais, égalisait, égalisions, égalisiez, égalisaient, égalisai, égalisas, égalisa, égalisâmes, égalisâtes, égalisèrent, égaliserai, égaliseras, égalisera, égaliserons, égaliserez, égaliseront)
-
niveler werkwoord (nivelle, nivelles, nivelons, nivelez, nivellent, nivelais, nivelait, nivelions, niveliez, nivelaient, nivelai, nivelas, nivela, nivelâmes, nivelâtes, nivelèrent, nivellerai, nivelleras, nivellera, nivellerons, nivellerez, nivelleront)
-
Conjugations for assimileren:
o.t.t.
- assimileer
- assimileert
- assimileert
- assimileren
- assimileren
- assimileren
o.v.t.
- assimileerde
- assimileerde
- assimileerde
- assimileerden
- assimileerden
- assimileerden
v.t.t.
- heb geassimileerd
- hebt geassimileerd
- heeft geassimileerd
- hebben geassimileerd
- hebben geassimileerd
- hebben geassimileerd
v.v.t.
- had geassimileerd
- had geassimileerd
- had geassimileerd
- hadden geassimileerd
- hadden geassimileerd
- hadden geassimileerd
o.t.t.t.
- zal assimileren
- zult assimileren
- zal assimileren
- zullen assimileren
- zullen assimileren
- zullen assimileren
o.v.t.t.
- zou assimileren
- zou assimileren
- zou assimileren
- zouden assimileren
- zouden assimileren
- zouden assimileren
diversen
- assimileer!
- assimileert!
- geassimileerd
- assimilerende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
assimileren
Vertaal Matrix voor assimileren:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
assimilation | assimileren | assimilatie; equatie; gelijkmaking; vereffening |
égaliser | vlak maken | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
assimiler | assimileren | absorberen; betalen; gelijkstellen; opnemen; opslorpen; opslurpen; vereffenen; voldoen |
niveler | assimileren | afstompen; betalen; effenen; egaliseren; gelijkmaken; gladmaken; nivelleren; vereffenen; vervlakken; vlak maken; voldoen |
égaliser | assimileren | afplatten; betalen; bijknippen; een beetje knippen; effenen; egaliseren; gelijkmaken; gladmaken; nivelleren; platmaken; vereffenen; vlak maken; voldoen |
Wiktionary: assimileren
assimileren
Cross Translation:
verb
assimileren
-
doen opgaan van een minderheidsgroep in een gevestigde gemeenschap
- assimileren → assimiler
verb
-
Incorporer un groupe de gens dans une population
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• assimileren | → assimiler | ↔ assimilate — to absorb a group of people into a community |
Frans