Carré: vertaling Nederlands

Overzicht

Nederlands naar Frans: Meer gegevens...

carré:
- carré
Wiktionary:
- carré → carré
- carré → carré

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

carré:
- raam; venster; ruit; vensterruit; carré; kwadraat; portiek
- geruit; vierkantig; onomstotelijk; onweerlegbaar; vierhoekig
Wiktionary:
- carré → vierkant, carré, ruitje, kwadraat, vak
- carré → vierkant
- carré → carré, vierkant, kwadraat, tweede macht, vierkante
- carrée → brevis

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor carré (Nederlands) in het Frans

carré:

carré [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de carré
le carré
- carré [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor carré:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
carré	carré	kwadraat; portiek; raam; ruit; venster; vensterruit
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
carré		geruit; kwadraat; onomstotelijk; onweerlegbaar; vierhoekig; vierkantig

Verwante woorden van "carré":

carrés

Wiktionary: carré

carré

noun

Traduction à trier
- carré → carré; ruitje; kwadraat; vak

Cross Translation:

From	To	Via
• carré	→ carré	↔ four of a kind — four cards of the same rank

Frans

Uitgebreide vertaling voor carré (Frans) in het Nederlands

carrée:

Synoniemen voor "carrée":

franche; droite; loyale; directe; sincère; honnête; ouverte; cordiale; spontanée; précise; nette; claire; déclarée; salle; chambre; pièce; salon; hall

Wiktionary: carrée

carrée

noun

Musique
- carrée → brevis

carré:

carré [le ~] zelfstandig naamwoord

le carré (vitre; fenêtre; losange; carreau; petit carré)
het raam
– uitsparing in muur met glas erin ¹
- raam [het ~] zelfstandig naamwoord
  - ik keek door het raam naar buiten¹
het venster; de ruit; de vensterruit
- venster [het ~] zelfstandig naamwoord
- ruit [de ~] zelfstandig naamwoord
- vensterruit [de ~] zelfstandig naamwoord
le carré
de carré
- carré [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
le carré
het kwadraat
- kwadraat [het ~] zelfstandig naamwoord
le carré (véranda; porche; portail; portique; palier; entrée; hall)
de portiek
- portiek [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

carré bijvoeglijk naamwoord

carré (à carreaux; quadrillé)
geruit
- geruit bijvoeglijk naamwoord
carré
vierkantig
- vierkantig bijvoeglijk naamwoord
carré (incontestable; incontestablement; inébranlable; irréfutable; inattaquable; quadratique; de façon inébranlable)
onomstotelijk; onweerlegbaar
- onomstotelijk bijvoeglijk naamwoord
- onweerlegbaar bijvoeglijk naamwoord
carré (quadrangulaire)
vierhoekig
- vierhoekig bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor carré:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
carré	carré
kwadraat	carré
portiek	carré; entrée; hall; palier; porche; portail; portique; véranda
raam	carreau; carré; fenêtre; losange; petit carré; vitre	cadre; encadrement; verre; verre à vitre; vitre
ruit	carreau; carré; fenêtre; losange; petit carré; vitre	verre; verre à vitre; vitre
venster	carreau; carré; fenêtre; losange; petit carré; vitre	fenêtre
vensterruit	carreau; carré; fenêtre; losange; petit carré; vitre
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
geruit	carré; quadrillé; à carreaux
onomstotelijk	carré; de façon inébranlable; inattaquable; incontestable; incontestablement; inébranlable; irréfutable; quadratique
onweerlegbaar	carré; de façon inébranlable; inattaquable; incontestable; incontestablement; inébranlable; irréfutable; quadratique	assurément; certainement; irréfutable; irrévocable; sans réplique; selon toute probabilité
vierhoekig	carré; quadrangulaire
vierkantig	carré
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
kwadraat	carré

Synoniemen voor "carré":

bandana; foulard; écharpe; châle; cache-nez; franc; droit; loyal; direct; sincère; honnête; ouvert; cordial; spontané; précis; net; clair; déclaré; mantille; coiffure; fichu; voile; parterre; plate-bande; massif; pelouse; pointe; clou; aiguille; pique; trace; contrôle; produit; résultat; multiplication; production; recette; profit; rapport; revenu; créé; occasionné; présenté; quadrangulaire; rectangulaire; trapézoïdal; quadrilatère; rectangle; losange; trapèze; quadrangle; parallélogramme

Wiktionary: carré

carré

noun

Géométrie : figure géométrique plane
- carré → vierkant
Traduction à trier
- carré → carré; ruitje; kwadraat; vak

carré

noun

geometrische tweedimensionale vorm, bestaande uit 4 gelijke hoeken van 90 graden en 4 zijden met gelijke lengte
- vierkant → carré

adjective

met de vorm van een vierkant
- vierkant → carré

Cross Translation:

From	To	Via
• carré	→ carré	↔ four of a kind — four cards of the same rank
• carré	→ vierkant	↔ square — polygon
• carré	→ kwadraat; tweede macht	↔ square — second power
• carré	→ vierkant; vierkante	↔ square — shaped like a square
• carré	→ vierkante	↔ square — in the names of units
• carré	→ vierkant	↔ Quadrat — Geometrie: Viereck mit einheitlicher Kantenlänge und rechten Winkeln; ein Parallelogramm mit vier rechten Winkeln und vier gleichlangen Seiten
• carré	→ vierkant	↔ Viereck — umgangssprachlich: einem Quadrat oder Rechteck ähnliche Form/Figur

Nederlandse en Franse zoekresultaten voor: carré

Uitgebreide vertaling voor carré (Nederlands) in het Frans

carré:

carré [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de carré

Vertaal Matrix voor carré:

Verwante woorden van "carré":

Wiktionary: carré

Uitgebreide vertaling voor carré (Frans) in het Nederlands

carrée:

Synoniemen voor "carrée":

Wiktionary: carrée

carré:

carré [le ~] zelfstandig naamwoord

le carré (vitre; fenêtre; losange; carreau; petit carré)

le carré

le carré

le carré (véranda; porche; portail; portique; palier; entrée; hall)

carré bijvoeglijk naamwoord

carré (à carreaux; quadrillé)

carré

carré (incontestable; incontestablement; inébranlable; irréfutable; inattaquable; quadratique; de façon inébranlable)

carré (quadrangulaire)

Vertaal Matrix voor carré:

Synoniemen voor "carré":

Wiktionary: carré

Verwante vertalingen van carré