Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. beginneling:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor beginneling (Nederlands) in het Frans

beginneling:

beginneling [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de beginneling (beginner; aspirant)
    le débutant; l'aspirant

Vertaal Matrix voor beginneling:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aspirant aspirant; beginneling; beginner aspirant; gegadigde; geinteresseerde; infante; kandidaat; kornet; kroonprins; kroonprinses; pretendent; pretendente; prins; succeseur; troonopvolger; troonpretendent; vaandrig
débutant aspirant; beginneling; beginner beginnelinge; beginner; debutant; debutante; nieuweling; nieuwkomer

Verwante woorden van "beginneling":


Wiktionary: beginneling

beginneling
noun
  1. celui, celle qui débute

Cross Translation:
FromToVia
beginneling débutant; béotien; néophyte newbie — new (inexperienced) user or participant
beginneling débutant novice — beginner
beginneling bleu rookie — a novice
beginneling amateur; dilettante Dilettant — Liebhaber von etwas ohne professionelle Kenntnisse (heute meist abwertend gebraucht)