Nederlands

Uitgebreide vertaling voor wrevelig (Nederlands) in het Frans

wrevelig:

wrevelig bijvoeglijk naamwoord

  1. wrevelig
    hargneux
  2. wrevelig (snauwend; kortaf; korzelig)
    bref; irascible; court; irrité; de mauvaise humeur; d'un air maussade
  3. wrevelig (gemelijk; nurks; knorrig; stuurs)
    grognon; irascible; maussade; grincheux; renfrogné; grincheuse; grondeur; d'un ton traînard
  4. wrevelig (ontstemd; geprikkeld; gepikeerd; misnoegd)
    grincheux; de mauvaise humeur; mécontent; contrarié; hargneux; irrité; hargneusement; grincheusement; avec hargne; d'un air mécontent

Vertaal Matrix voor wrevelig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
court tennisbaan; tennisveld
grincheux chagrijn; chagrijnen; spelbreker; zuurpruim; zuurpruimen
grognon brombeer; brompot; grompot; kankeraar; knorrepot; mopperaar
mécontent brombeer; brompot; grompot; kankeraar; knorrepot; mopperaar
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
avec hargne gepikeerd; geprikkeld; misnoegd; ontstemd; wrevelig gebelgd; gekwetst; misnoegd; verontwaardigd; verstoord
bref kortaf; korzelig; snauwend; wrevelig beknopt; bondig; eenvoudigweg; haastig; in het kort; kernachtig; kort; kortom; kortstondig; kortweg; minimaal; raak; samengevat; summier; terloops; vluchtig; zonder omhaal
contrarié gepikeerd; geprikkeld; misnoegd; ontstemd; wrevelig gepikeerd; ontstemd
court kortaf; korzelig; snauwend; wrevelig beknopt; haastig; kortstondig; summier; terloops; vluchtig
d'un air maussade kortaf; korzelig; snauwend; wrevelig
d'un air mécontent gepikeerd; geprikkeld; misnoegd; ontstemd; wrevelig gebelgd; gekwetst; misnoegd; verontwaardigd; verstoord
d'un ton traînard gemelijk; knorrig; nurks; stuurs; wrevelig beklagend; chagrijnig; knorrig; korzelig; negatief; nors; nurks; zeurderig
de mauvaise humeur gepikeerd; geprikkeld; kortaf; korzelig; misnoegd; ontstemd; snauwend; wrevelig chagrijnig; gemelijk; humeurig; knorrig; korzelig; nors; nurks; ongenietbaar; sikkeneurig; slecht gehumeurd; slecht geluimd
grincheuse gemelijk; knorrig; nurks; stuurs; wrevelig beklagend; brommerig; chagrijnig; gebelgd; gekwetst; knorrig; korzelig; misnoegd; mopperig; negatief; nors; nurks; verontwaardigd; verstoord; zeurderig
grincheusement gepikeerd; geprikkeld; misnoegd; ontstemd; wrevelig gebelgd; gekwetst; misnoegd; ontevreden; verontwaardigd; verstoord
grincheux gemelijk; gepikeerd; geprikkeld; knorrig; misnoegd; nurks; ontstemd; stuurs; wrevelig aangebrand; beklagend; bokkig; brommerig; chagrijnig; gebelgd; gekwetst; gemelijk; gevoelig; humeurig; knorrig; korzelig; lichtgeraakt; misnoegd; mopperig; negatief; nors; nukkig; nurks; ontevreden; sikkeneurig; slecht gehumeurd; verontwaardigd; verstoord; zeurderig
grognon gemelijk; knorrig; nurks; stuurs; wrevelig aangebrand; brommerig; brommmerig; chagrijnig; gemelijk; gevoelig; humeurig; knorrig; korzelig; lichtgeraakt; mopperig; nors; nukkig; nurks; sikkeneurig; slecht gehumeurd
grondeur gemelijk; knorrig; nurks; stuurs; wrevelig aangebrand; chagrijnig; gevoelig; humeurig; knorrig; korzelig; lichtgeraakt; nors; nurks
hargneusement gepikeerd; geprikkeld; misnoegd; ontstemd; wrevelig boos; furieus; gebelgd; gekwetst; kwaad; misnoegd; nijdig; ontevreden; razend; spinnijdig; toornig; verontwaardigd; verstoord; vertoornd; woest; ziedend
hargneux gepikeerd; geprikkeld; misnoegd; ontstemd; wrevelig aangebrand; bits; bitter; boos; chagrijnig; furieus; gebelgd; gekwetst; gemelijk; geprikkeld; geërgerd; geïrriteerd; giftig; humeurig; katterig; kattig; knorrig; kregelig; kribbig; kwaad; misnoegd; nijdig; nukkig; nurks; ontevreden; onvriendelijk; pinnig; pissig; prikkelbaar; razend; sikkeneurig; slecht gehumeurd; snauwerig; snibbig; spinnig; spinnijdig; toornig; verbolgen; verontwaardigd; verstoord; vertoornd; vinnig; woedend; woest; zeer boos; ziedend
irascible gemelijk; knorrig; kortaf; korzelig; nurks; snauwend; stuurs; wrevelig aangebrand; chagrijnig; gemelijk; geprikkeld; gevoelig; geërgerd; geïrriteerd; heetbloedig; heetgebakerd; heethoofdig; humeurig; knorrig; korzelig; kregel; kregelig; kribbig; lichtgeraakt; nors; nurks; pissig; prikkelbaar; sikkeneurig; slecht gehumeurd
irrité gepikeerd; geprikkeld; kortaf; korzelig; misnoegd; ontstemd; snauwend; wrevelig aangebrand; bitter teleurgesteld; boos; chagrijnig; furieus; geagiteerd; gebelgd; gebeten; gemelijk; geprikkeld; geërgerd; geïrriteerd; grimmig; humeurig; knorrig; korzelig; kwaad; levendig; misnoegd; nijdig; nors; nurks; onderdrukt; ontevreden; opgekropt; pissig; prikkelbaar; razend; sikkeneurig; slecht gehumeurd; spinnijdig; toornig; verbeten; verbitterd; vergramd; verhit; verkropt; vertoornd; woest; ziedend
maussade gemelijk; knorrig; nurks; stuurs; wrevelig bedrukt; beklagend; brommerig; chagrijnig; druilerig; gedrukt; gemelijk; grauw; humeurig; knorrig; korzelig; miezerig; mismoedig; mistroostig; moedeloos; mopperig; naargeestig; narrig; neerslachtig; negatief; nors; nurks; ongeanimeerd; pessimistisch; sikkeneurig; slecht gehumeurd; somber; teneergeslagen; terneergeslagen; triest; troosteloos; verdrietig; vreugdeloos; zeurderig; zwaarmoedig
mécontent gepikeerd; geprikkeld; misnoegd; ontstemd; wrevelig futloos; gebelgd; lamlendig; landerig; misnoegd; ontevreden; verstoord; vervelend
renfrogné gemelijk; knorrig; nurks; stuurs; wrevelig brommerig; mopperig

Verwante woorden van "wrevelig":

  • wreveligheid, wrevelige

Wiktionary: wrevelig

wrevelig
adjective
  1. Qui n’est pas satisfait de quelque chose ou de quelqu'un.

Cross Translation:
FromToVia
wrevelig irrité; irritée wirschGemütszustand: ärgerlich, aufgeregt