Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. oorsprong:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor oorsprong (Nederlands) in het Frans

oorsprong:

oorsprong [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de oorsprong (bakermat)
    l'origine; le commencement; la source
  2. de oorsprong
    l'origine
    • origine [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor oorsprong:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
commencement bakermat; oorsprong aanhef; aanheffen; aanloopstadium; aanlooptijd; aanvang; aanvangen; aanvangstijd; begin; beginnen; begintijd; hoofd; inzet; inzetten; opening; start; starttijd; titel; vertrektijd
origine bakermat; oorsprong aanvang; aanvangstijd; afkomst; afstammen; afstamming; begin; begintijd; herkomst; inzet; komaf; opening; origine; spruiten; start; starttijd; vertrektijd
source bakermat; oorsprong afkomst; afstamming; bron; bronvoorziening; gegevensbron; herkomst; informatiebron; inspiratiebron; komaf; origine; put; rivierbron; waterbron; waterput; wel

Verwante woorden van "oorsprong":


Wiktionary: oorsprong

oorsprong
noun
  1. herkomst
oorsprong
Cross Translation:
FromToVia
oorsprong genèse genesis — the origin, start, or point at which something comes into being
oorsprong origine origin — beginning of something
oorsprong source origin — source of a river, information, goods, etc.
oorsprong origine origin — point at which the axes of a coordinate system intersect
oorsprong origine origin — ancestry

Verwante vertalingen van oorsprong