Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kletspraatje (Nederlands) in het Frans

kletspraat:

kletspraat [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de kletspraat (quatsch; klets)
    la bêtises; le potins; le bobards; la sottises; le non-sens
    • bêtises [la ~] zelfstandig naamwoord
    • potins [le ~] zelfstandig naamwoord
    • bobards [le ~] zelfstandig naamwoord
    • sottises [la ~] zelfstandig naamwoord
    • non-sens [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kletspraat:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bobards klets; kletspraat; quatsch
bêtises klets; kletspraat; quatsch apekool; flauwekul; gebazel; gebeuzel; gekheid; gekkenpraat; geleuter; gezwam; gezwets; humbug; klets; kletskoek; kolder; kolderverhaal; kul; larie; mallepraat; malligheid; nonsens; rimram; waanzin; wartaal
non-sens klets; kletspraat; quatsch absurditeit; dwaasheid; gekkenwerk; humbug; idioterie; kul; larie; nonsens; ongerijmdheid; onverstand; onzin; onzinnigheid; zotteklap
potins klets; kletspraat; quatsch
sottises klets; kletspraat; quatsch gebazel; geklets; geleuter; gelul; gewauwel; gezwam; gezwets; leuterpraat

Verwante woorden van "kletspraat":

  • kletspraatje, kletspraatjes



Wiktionary: kletspraatje


Cross Translation:
FromToVia
kletspraatje cancan; ragot; commérage gossip — idle talk