Overzicht
Nederlands naar Frans: Meer gegevens...
- uit de weg ruimen:
-
Wiktionary:
- uit de weg ruimen → gommer
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor uit de weg ruimen (Nederlands) in het Frans
uit de weg ruimen:
uit de weg ruimen werkwoord (ruim uit de weg, ruimt uit de weg, ruimde uit de weg, ruimden uit de weg, uit de weg geruimd)
-
uit de weg ruimen (liquideren; afmaken; koudmaken)
tuer; exécuter; assassiner; liquider; éliminer une personne-
tuer werkwoord (tue, tues, tuons, tuez, tuent, tuais, tuait, tuions, tuiez, tuaient, tuai, tuas, tua, tuâmes, tuâtes, tuèrent, tuerai, tueras, tuera, tuerons, tuerez, tueront)
-
exécuter werkwoord (exécute, exécutes, exécutons, exécutez, exécutent, exécutais, exécutait, exécutions, exécutiez, exécutaient, exécutai, exécutas, exécuta, exécutâmes, exécutâtes, exécutèrent, exécuterai, exécuteras, exécutera, exécuterons, exécuterez, exécuteront)
-
assassiner werkwoord (assassine, assassines, assassinons, assassinez, assassinent, assassinais, assassinait, assassinions, assassiniez, assassinaient, assassinai, assassinas, assassina, assassinâmes, assassinâtes, assassinèrent, assassinerai, assassineras, assassinera, assassinerons, assassinerez, assassineront)
-
liquider werkwoord (liquide, liquides, liquidons, liquidez, liquident, liquidais, liquidait, liquidions, liquidiez, liquidaient, liquidai, liquidas, liquida, liquidâmes, liquidâtes, liquidèrent, liquiderai, liquideras, liquidera, liquiderons, liquiderez, liquideront)
-
éliminer une personne werkwoord
-
Conjugations for uit de weg ruimen:
o.t.t.
- ruim uit de weg
- ruimt uit de weg
- ruimt uit de weg
- ruimen uit de weg
- ruimen uit de weg
- ruimen uit de weg
o.v.t.
- ruimde uit de weg
- ruimde uit de weg
- ruimde uit de weg
- ruimden uit de weg
- ruimden uit de weg
- ruimden uit de weg
v.t.t.
- heb uit de weg geruimd
- hebt uit de weg geruimd
- heeft uit de weg geruimd
- hebben uit de weg geruimd
- hebben uit de weg geruimd
- hebben uit de weg geruimd
v.v.t.
- had uit de weg geruimd
- had uit de weg geruimd
- had uit de weg geruimd
- hadden uit de weg geruimd
- hadden uit de weg geruimd
- hadden uit de weg geruimd
o.t.t.t.
- zal uit de weg ruimen
- zult uit de weg ruimen
- zal uit de weg ruimen
- zullen uit de weg ruimen
- zullen uit de weg ruimen
- zullen uit de weg ruimen
o.v.t.t.
- zou uit de weg ruimen
- zou uit de weg ruimen
- zou uit de weg ruimen
- zouden uit de weg ruimen
- zouden uit de weg ruimen
- zouden uit de weg ruimen
en verder
- ben uit de weg geruimd
- bent uit de weg geruimd
- is uit de weg geruimd
- zijn uit de weg geruimd
- zijn uit de weg geruimd
- zijn uit de weg geruimd
diversen
- ruim uit de weg!
- ruimt uit de weg!
- uit de weg geruimd
- uit de weg ruimend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor uit de weg ruimen:
Wiktionary: uit de weg ruimen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• uit de weg ruimen | → gommer | ↔ beseitigen — etwas beiseite schaffen; etwas entfernen |