Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Frans ->Zoek: bloot

Nederlandse en Franse zoekresultaten voor: bloot

Overzicht

Nederlands naar Frans: Meer gegevens...

bloot:
- dépouillé; dénudé; nu; à poil; tout nu
Wiktionary:
- bloot → nu, pur
- bloot → nue, nu

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bloot (Nederlands) in het Frans

bloot:

bloot bijvoeglijk naamwoord

bloot (naakt; onbloot)
dépouillé; dénudé; nu; à poil; tout nu
- dépouillé bijvoeglijk naamwoord
- dénudé bijvoeglijk naamwoord
- nu bijvoeglijk naamwoord
- à poil bijvoeglijk naamwoord
- tout nu bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor bloot:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
nu		naakt; naaktfiguur; naaktschilderij
Idiom	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	in zijn blootje
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dénudé	bloot; naakt; onbloot	bar; onbegroeid; ontbloot
dépouillé	bloot; naakt; onbloot
nu	bloot; naakt; onbloot	ontbloot; onverhuld
tout nu	bloot; naakt; onbloot	ontbloot
à poil	bloot; naakt; onbloot	moedernaakt; ontbloot; poedelnaakt; spiernaakt

Verwante woorden van "bloot":

blote

Wiktionary: bloot

bloot

adjective

Qui n’a pas de vêtements, qui dévêtir.
- nu → bloot; naakt; onbedekt; onopgesmukt
Qui est sans mélange.
- pur → eenvoudig; enkelvoudig; simpel; helder; louter; schoon; proper; puur; rein; zindelijk; zuiver; bloot; enkel; absoluut; onvermengd; onvoorwaardelijk; volstrekt

Cross Translation:

From	To	Via
• bloot	→ nue; nu	↔ bare — naked, uncovered
• bloot	→ nu	↔ naked — not wearing any clothes
• bloot	→ nu	↔ nude — without clothing or other covering

Verwante vertalingen van bloot