Nederlands
Uitgebreide vertaling voor bepleisteren (Nederlands) in het Frans
bepleisteren:
-
bepleisteren (van pleister voorzien; pleisteren)
stuquer; plâtrer; crépir-
stuquer werkwoord
-
plâtrer werkwoord (plâtre, plâtres, plâtrons, plâtrez, plâtrent, plâtrais, plâtrait, plâtrions, plâtriez, plâtraient, plâtrai, plâtras, plâtra, plâtrâmes, plâtrâtes, plâtrèrent, plâtrerai, plâtreras, plâtrera, plâtrerons, plâtrerez, plâtreront)
-
crépir werkwoord (crépis, crépit, crépissons, crépissez, crépissent, crépissais, crépissait, crépissions, crépissiez, crépissaient, crépîmes, crépîtes, crépirent, crépirai, crépiras, crépira, crépirons, crépirez, crépiront)
-
Conjugations for bepleisteren:
o.t.t.
- bepleister
- bepleistert
- bepleistert
- bepleisteren
- bepleisteren
- bepleisteren
o.v.t.
- bepleisterde
- bepleisterde
- bepleisterde
- bepleisterden
- bepleisterden
- bepleisterden
v.t.t.
- heb bepleisterd
- hebt bepleisterd
- heeft bepleisterd
- hebben bepleisterd
- hebben bepleisterd
- hebben bepleisterd
v.v.t.
- had bepleisterd
- had bepleisterd
- had bepleisterd
- hadden bepleisterd
- hadden bepleisterd
- hadden bepleisterd
o.t.t.t.
- zal bepleisteren
- zult bepleisteren
- zal bepleisteren
- zullen bepleisteren
- zullen bepleisteren
- zullen bepleisteren
o.v.t.t.
- zou bepleisteren
- zou bepleisteren
- zou bepleisteren
- zouden bepleisteren
- zouden bepleisteren
- zouden bepleisteren
diversen
- bepleister!
- bepleistert!
- bepleisterd
- bepleisterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor bepleisteren:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
crépir | bepleisteren; pleisteren; van pleister voorzien | |
plâtrer | bepleisteren; pleisteren; van pleister voorzien | stukadoren |
stuquer | bepleisteren; pleisteren; van pleister voorzien |