Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
caractère dénaturé
|
degeneratie; ontaarding; verwording
|
|
chute
|
decadentie; verwording
|
afname; daling; debacle; inzakken; kelderen; minder worden; ondergang; sterk in waarde dalen; teloorgang; tenondergang; terugloop; terugvallen; tuimelen; val; vallen
|
corruption
|
degeneratie; ontaarding; verwording
|
corruptie; omkoperij; omkoping; slechtheid; verdorvenheid
|
dissolution
|
bederf; bederven; ontbinding; vergaan; verrotten; verwording
|
bandenplaklijm; ontbinden; ontbinding; opheffing van vergadering; solutie; uiteen halen
|
décadence
|
decadentie; degeneratie; ontaarding; verwording
|
|
déclin
|
decadentie; verwording
|
achteruitgang; afname; daling; minder worden; terugloop; val; verval
|
décomposition
|
bederf; bederven; degeneratie; ontaarding; ontbinding; vergaan; verrotten; verwording
|
bederf; rottingsproces; verrotting
|
dégradation
|
decadentie; verval; verwording
|
bederf; beschadiging; degradatie; degraderen; schade; terugzetting; verlaging; verlies van normen en waarden; verloedering; verrotting; verslechtering
|
dégénération
|
degeneratie; ontaarding; verwording
|
degenerering
|
dégénérescence
|
decadentie; degeneratie; ontaarding; verwording
|
slechtheid; verdorvenheid
|
détérioration
|
degeneratie; ontaarding; verval; verwording
|
bederf; beschadigen; beschadiging; degenerering; kwetsen; schade; verergering; verlies van normen en waarden; verloedering; verrotting; verruwing; verslechtering
|
pourriture
|
bederf; bederven; ontbinding; vergaan; verrotten; verwording
|
bederf; bedorvenheid; bocht; bruine rot; houtrot; ransheid; rotheid; rotting; rotzooi; smerig spul; troep; vergaanheid; verrotheid; verrotting; verrottingsproces
|
putréfaction
|
bederf; bederven; ontbinding; vergaan; verrotten; verwording
|
bederf; rotting; rottingsproces; verrotting
|