Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. maandelijks:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor maandelijks (Nederlands) in het Frans

maandelijks:

maandelijks bijvoeglijk naamwoord

  1. maandelijks
    mensuel; mensuelle; tous les mois; par mois

Vertaal Matrix voor maandelijks:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mensuel maandelijks
mensuelle maandelijks
par mois maandelijks per maand
tous les mois maandelijks

Verwante woorden van "maandelijks":

  • maandelijkse

Wiktionary: maandelijks

maandelijks
adjective
  1. iedere maand een keer
adverb
  1. iedere maand een keer
maandelijks
adjective
  1. Qui avoir lieu ou qui se faire tous les mois.
  1. -

Cross Translation:
FromToVia
maandelijks mensuel; mensuellement monthly — Occurring every month
maandelijks mensuel monatlich — jeden Monat wiederkehrend, in jedem Monat