Nederlands
Uitgebreide vertaling voor hunkeren (Nederlands) in het Frans
hunkeren:
-
hunkeren (sterk verlangen)
désirer ardemment; brûler de; aspirer à; griller de-
désirer ardemment werkwoord
-
brûler de werkwoord
-
aspirer à werkwoord
-
griller de werkwoord
-
Conjugations for hunkeren:
o.t.t.
- hunker
- hunkert
- hunkert
- hunkeren
- hunkeren
- hunkeren
o.v.t.
- hunkerde
- hunkerde
- hunkerde
- hunkerden
- hunkerden
- hunkerden
v.t.t.
- heb gehunkerd
- hebt gehunkerd
- heeft gehunkerd
- hebben gehunkerd
- hebben gehunkerd
- hebben gehunkerd
v.v.t.
- had gehunkerd
- had gehunkerd
- had gehunkerd
- hadden gehunkerd
- hadden gehunkerd
- hadden gehunkerd
o.t.t.t.
- zal hunkeren
- zult hunkeren
- zal hunkeren
- zullen hunkeren
- zullen hunkeren
- zullen hunkeren
o.v.t.t.
- zou hunkeren
- zou hunkeren
- zou hunkeren
- zouden hunkeren
- zouden hunkeren
- zouden hunkeren
diversen
- hunker!
- hunkert!
- gehunkerd
- hunkerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor hunkeren:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
aspiration | hunkeren; smachten; verlangen | aandrang; aansturen op; adem; ademhaling; ademtocht; ambitie; aspiratie; azen; beogen; doel; drang; eerzucht; inademing; inhalatie; intentie; najagen; nastreven; pogen; speurtocht; streven; streven naar; trachten; zoektocht |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
aspirer à | hunkeren; sterk verlangen | ambiëren; een sterke begeerte hebben naar; gericht werpen; hongeren naar; ijveren; kwijnen; kwijnend verlangen; mikken; mikken op; smachten; snakken; streven; streven naar; uitkijken naar; zich verheugen op |
brûler de | hunkeren; sterk verlangen | popelen |
désirer ardemment | hunkeren; sterk verlangen | kwijnen; kwijnend verlangen; smachten; snakken |
griller de | hunkeren; sterk verlangen |