Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. hout:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor hout (Nederlands) in het Frans

hout:

hout [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het hout
    le bois
    • bois [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor hout:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bois hout bos; bosland; bossen; geboomte; gewei; hoorns; horens; woud; wouden

Verwante woorden van "hout":


Verwante definities voor "hout":

  1. stof waaruit bomen bestaan1
    • deze kast is van hout gemaakt1

Wiktionary: hout

hout
noun
  1. het materiaal in het binnenste van houtige planten
hout
noun
  1. Substance dure et fibreuse des arbres

Cross Translation:
FromToVia
hout bois Holz — aus Zellulose und Lignin bestehende Masse eines Baumes
hout bois timber — trees considered as a source of wood
hout bois de charpente timber — wood that has been cut ready for construction
hout bois wood — substance

Verwante vertalingen van hout