Nederlands
Uitgebreide vertaling voor terugtrekken (Nederlands) in het Frans
terugtrekken:
-
terugtrekken (aftreden; uittreden)
se retirer; démissionner; abdiquer; quitter; se dérober; partir; s'en aller-
se retirer werkwoord
-
démissionner werkwoord (démissionne, démissionnes, démissionnons, démissionnez, démissionnent, démissionnais, démissionnait, démissionnions, démissionniez, démissionnaient, démissionnai, démissionnas, démissionna, démissionnâmes, démissionnâtes, démissionnèrent, démissionnerai, démissionneras, démissionnera, démissionnerons, démissionnerez, démissionneront)
-
abdiquer werkwoord (abdique, abdiques, abdiquons, abdiquez, abdiquent, abdiquais, abdiquait, abdiquions, abdiquiez, abdiquaient, abdiquai, abdiquas, abdiqua, abdiquâmes, abdiquâtes, abdiquèrent, abdiquerai, abdiqueras, abdiquera, abdiquerons, abdiquerez, abdiqueront)
-
quitter werkwoord (quitte, quittes, quittons, quittez, quittent, quittais, quittait, quittions, quittiez, quittaient, quittai, quittas, quitta, quittâmes, quittâtes, quittèrent, quitterai, quitteras, quittera, quitterons, quitterez, quitteront)
-
se dérober werkwoord
-
partir werkwoord (pars, part, partons, partez, partent, partais, partait, partions, partiez, partaient, partis, partit, partîmes, partîtes, partirent, partirai, partiras, partira, partirons, partirez, partiront)
-
s'en aller werkwoord
-
Conjugations for terugtrekken:
o.t.t.
- trek terug
- trekt terug
- trekt terug
- trekken terug
- trekken terug
- trekken terug
o.v.t.
- trok terug
- trok terug
- trok terug
- trokken terug
- trokken terug
- trokken terug
v.t.t.
- heb teruggetrokken
- hebt teruggetrokken
- heeft teruggetrokken
- hebben teruggetrokken
- hebben teruggetrokken
- hebben teruggetrokken
v.v.t.
- had teruggetrokken
- had teruggetrokken
- had teruggetrokken
- hadden teruggetrokken
- hadden teruggetrokken
- hadden teruggetrokken
o.t.t.t.
- zal terugtrekken
- zult terugtrekken
- zal terugtrekken
- zullen terugtrekken
- zullen terugtrekken
- zullen terugtrekken
o.v.t.t.
- zou terugtrekken
- zou terugtrekken
- zou terugtrekken
- zouden terugtrekken
- zouden terugtrekken
- zouden terugtrekken
en verder
- ben teruggetrokken
- bent teruggetrokken
- is teruggetrokken
- zijn teruggetrokken
- zijn teruggetrokken
- zijn teruggetrokken
diversen
- trek terug!
- trekt terug!
- teruggetrokken
- terugtrekkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor terugtrekken:
Wiktionary: terugtrekken
terugtrekken
Cross Translation:
verb
-
tirer à nouveau.
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• terugtrekken | → retirer | ↔ recant — to withdraw or repudiate formally and publicly |
• terugtrekken | → reculer | ↔ recoil — to pull back, especially in disgust, horror or astonishment |
• terugtrekken | → abroger; annuler; révoquer | ↔ repeal — to cancel |
• terugtrekken | → abroger | ↔ rescind — repeal, annul, or declare void |
• terugtrekken | → retirer | ↔ withdraw — pull back |
• terugtrekken | → se retirer | ↔ withdraw — retreat |