Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor vlok (Nederlands) in het Frans
vlok:
-
de vlok (dotje)
Vertaal Matrix voor vlok:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
flocon | dotje; vlok | haarkrul; krul |
touffe | dotje; vlok | knot; knotje haar; pol |
Verwante woorden van "vlok":
vlok vorm van vlokken:
-
vlokken (pluizen)
boulocher; plucher-
boulocher werkwoord (bouloche, bouloches, boulochons, boulochez, boulochent, boulochais, boulochait, boulochions, boulochiez, boulochaient, boulochai, boulochas, boulocha, boulochâmes, boulochâtes, boulochèrent, boulocherai, boulocheras, boulochera, boulocherons, boulocherez, boulocheront)
-
plucher werkwoord
-
Conjugations for vlokken:
o.t.t.
- vlok
- vlokt
- vlokt
- vlokken
- vlokken
- vlokken
o.v.t.
- vlokte
- vlokte
- vlokte
- vlokten
- vlokten
- vlokten
v.t.t.
- heb gevlokt
- hebt gevlokt
- heeft gevlokt
- hebben gevlokt
- hebben gevlokt
- hebben gevlokt
v.v.t.
- had gevlokt
- had gevlokt
- had gevlokt
- hadden gevlokt
- hadden gevlokt
- hadden gevlokt
o.t.t.t.
- zal vlokken
- zult vlokken
- zal vlokken
- zullen vlokken
- zullen vlokken
- zullen vlokken
o.v.t.t.
- zou vlokken
- zou vlokken
- zou vlokken
- zouden vlokken
- zouden vlokken
- zouden vlokken
diversen
- vlok!
- vlokt!
- gevlokt
- vlokken
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor vlokken:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
boulocher | pluizen; vlokken | |
plucher | pluizen; vlokken |