Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. intrige:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor intrige (Nederlands) in het Frans

intrige:

intrige [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de intrige (konkelarij; gekonkel)
    l'intrigues; la magouille; l'intrigue; la conspiration
  2. de intrige (plot; verwikkeling)
    l'intrigue; l'enchevêtrement; l'entrelacement

Vertaal Matrix voor intrige:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
conspiration gekonkel; intrige; konkelarij complot; komplotteren; samenspanning; samenzweren; samenzwering
enchevêtrement intrige; plot; verwikkeling verstrengeling; vervlechting; wirwar
entrelacement intrige; plot; verwikkeling verstrengeling; vervlechting; wirwar
intrigue gekonkel; intrige; konkelarij; plot; verwikkeling komplotteren; samenzweren
intrigues gekonkel; intrige; konkelarij gedraai; intriges; komplotteren; plotten; samenzweren; verwikkelingen
magouille gekonkel; intrige; konkelarij

Verwante woorden van "intrige":


Wiktionary: intrige

intrige
noun
  1. didactique|fr tradition parmi les juif substituer un sens mystique et allégorique au sens propre de l’ancien testament.

Cross Translation:
FromToVia
intrige intrigue intrigue — plot or scheme