Overzicht
Nederlands naar Frans: Meer gegevens...
- gewijd:
- wijden:
-
Wiktionary:
- gewijd → sacré, saint
- gewijd → saint, sacré
- wijden → bénir
- wijden → consacrer, vouer, se dévouer, se consacrer
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor gewijd (Nederlands) in het Frans
gewijd:
-
gewijd (heilig)
sacré; saint; saintement-
sacré bijvoeglijk naamwoord
-
saint bijvoeglijk naamwoord
-
saintement bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor gewijd:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
saint | gildepatroon; heilige; sint | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
sacré | gewijd; heilig | bliksems; drommels; glorierijk; heilig; herderlijk; met betrekking tot herders; verdraaid; verduiveld; verheerlijkt; zalig |
saint | gewijd; heilig | glorierijk; heilig; herderlijk; met betrekking tot herders; verheerlijkt; zalig |
saintement | gewijd; heilig | glorierijk; heilig; verheerlijkt; zalig |
gewijd vorm van wijden:
-
wijden (inzegenen; zegenen; heiligen; inwijden)
bénir; consacrer; sanctifier; donner la bénédiction-
bénir werkwoord (bénis, bénit, bénissons, bénissez, bénissent, bénissais, bénissait, bénissions, bénissiez, bénissaient, bénîmes, bénîtes, bénirent, bénirai, béniras, bénira, bénirons, bénirez, béniront)
-
consacrer werkwoord (consacre, consacres, consacrons, consacrez, consacrent, consacrais, consacrait, consacrions, consacriez, consacraient, consacrai, consacras, consacra, consacrâmes, consacrâtes, consacrèrent, consacrerai, consacreras, consacrera, consacrerons, consacrerez, consacreront)
-
sanctifier werkwoord (sanctifie, sanctifies, sanctifions, sanctifiez, sanctifient, sanctifiais, sanctifiait, sanctifiions, sanctifiiez, sanctifiaient, sanctifiai, sanctifias, sanctifia, sanctifiâmes, sanctifiâtes, sanctifièrent, sanctifierai, sanctifieras, sanctifiera, sanctifierons, sanctifierez, sanctifieront)
-
donner la bénédiction werkwoord
-
Conjugations for wijden:
o.t.t.
- wijd
- wijdt
- wijdt
- wijden
- wijden
- wijden
o.v.t.
- wijdde
- wijdde
- wijdde
- wijdden
- wijdden
- wijdden
v.t.t.
- heb gewijd
- hebt gewijd
- heeft gewijd
- hebben gewijd
- hebben gewijd
- hebben gewijd
v.v.t.
- had gewijd
- had gewijd
- had gewijd
- hadden gewijd
- hadden gewijd
- hadden gewijd
o.t.t.t.
- zal wijden
- zult wijden
- zal wijden
- zullen wijden
- zullen wijden
- zullen wijden
o.v.t.t.
- zou wijden
- zou wijden
- zou wijden
- zouden wijden
- zouden wijden
- zouden wijden
diversen
- wijd!
- wijdt!
- gewijd
- wijdend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor wijden:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bénir | heiligen; inwijden; inzegenen; wijden; zegenen | |
consacrer | heiligen; inwijden; inzegenen; wijden; zegenen | aangrijpen; aanwenden; benutten; gebruiken; toepassen |
donner la bénédiction | heiligen; inwijden; inzegenen; wijden; zegenen | |
sanctifier | heiligen; inwijden; inzegenen; wijden; zegenen |
Wiktionary: wijden
wijden
Cross Translation:
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• wijden | → consacrer; vouer | ↔ dedicate — to set apart for a deity or for religious purposes; consecrate |
• wijden | → se dévouer; se consacrer | ↔ dedicate — to commit (oneself) to a particular course of thought or action |
• wijden | → vouer; consacrer | ↔ devote — to commit oneself for a certain matter |
• wijden | → consacrer | ↔ sanctify — to make holy |