Nederlands

Uitgebreide vertaling voor sectie (Nederlands) in het Frans

sectie:

sectie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de sectie
    la section
    • section [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. de sectie (afdeling; departement; detachement; tak)
    le département; la section; la division; la branche; le détachement; l'équipe; la partie; le rayon; le segment; la catégorie; la brigade; le corps; la ramification; le groupe parlementaire; la fraction
  3. de sectie (vakgroep)
    la section; la branche; le rayon; la région; le département; la division; la province; la ramification
  4. de sectie (stadswijk; buurt; wijk; )
    le quartier; le faubourg; l'arrondissement; le quartier de la périphérie
  5. de sectie (lijkschouwing; autopsie)
    la dissection; l'autopsie
  6. de sectie (divisie; afdeling)
    la section; le rayon
    • section [la ~] zelfstandig naamwoord
    • rayon [le ~] zelfstandig naamwoord
  7. de sectie (presentatiesectie)
    la section; section présentation

Vertaal Matrix voor sectie:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arrondissement buitenwijk; buurt; centrum; handelswijk; plein; sectie; stadsdeel; stadskwartier; stadswijk; wijk; woonwijk gebied; gordel; regio; streek; terrein; territorium; zone
autopsie autopsie; lijkschouwing; sectie obductie
branche afdeling; departement; detachement; sectie; tak; vakgroep basisbestanddeel; bedrijfstak; bestanddeel; boomtak; branche; component; deel; deelsoort; economische sector; element; ent; fractie; ingrediënt; loot; onderdeel; rank; specialisatie; specialisme; stuk; tak; takje; twijg; uitloper; vakgebied; vertakking; zijtak
brigade afdeling; departement; detachement; sectie; tak brigade
catégorie afdeling; departement; detachement; sectie; tak aard; basisbestanddeel; bestanddeel; categorie; classificatie; component; deel; element; fractie; genre; ingrediënt; klasse; kleurcategorie; onderdeel; onderverdeling; prijsklasse; slag; soort; stuk; type
corps afdeling; departement; detachement; sectie; tak anatomie; casco; corps; hoofdtekst; korps; korpus; lichaam; lijf; lijken; menselijk lichaam; scheepsromp
dissection autopsie; lijkschouwing; sectie analyse; analyseren; ontleden
division afdeling; departement; detachement; sectie; tak; vakgroep bestuursregio; conflict; departement; disharmonie; divisie; gespletenheid; maken van onderscheid; onderscheiding; onenigheid; opdeling; scheuring; schisma; tweedracht; tweespalt; tweestrijd; twist; verdeeldheid; verdeling; vete
département afdeling; departement; detachement; sectie; tak; vakgroep ambtsgebied; bestuursgebied; bestuursregio; departement; gebied; gewest; gouw; landstreek; oord; plaats; provincie; rayon; rechtsgebied; regio; ressort; rijksonderdeel; streek
détachement afdeling; departement; detachement; sectie; tak afhaken; afkoppelen; afkoppeling; detacheren; ontkoppeling
faubourg buitenwijk; buurt; centrum; handelswijk; plein; sectie; stadsdeel; stadskwartier; stadswijk; wijk; woonwijk buitenwijken; randgemeente; voorstad
fraction afdeling; departement; detachement; sectie; tak basisbestanddeel; bestanddeel; breuk; breukgetal; component; deel; deeltje; element; fractie; ingrediënt; onderdeel; onderdeeltje; stuk
groupe parlementaire afdeling; departement; detachement; sectie; tak basisbestanddeel; bestanddeel; component; deel; element; fractie; ingrediënt; kamerfractie; onderdeel; stuk
partie afdeling; departement; detachement; sectie; tak aandeel; basisbestanddeel; bestanddeel; beurt; brok; component; deel; element; feest; festijn; fractie; gedeelte; gespeel; hoeveelheid; ingrediënt; kinderspel; klompje; klont; klontertje; klontje; onderdeel; part; partij; partijtje; party; potje; rondje; segment; spel; spelletje; stuk; suikerklontje; wedstrijdje
province sectie; vakgroep gebied; gewest; gordel; gouw; hoek; landstreek; oord; plaats; provincie; rayon; rechtsgebied; regio; ressort; rijksonderdeel; streek; terrein; territorium; zone
quartier buitenwijk; buurt; centrum; handelswijk; plein; sectie; stadsdeel; stadskwartier; stadswijk; wijk; woonwijk deel van de stad; deeltje; kamp; kampement; legering; legerkamp; onderdeeltje
quartier de la périphérie buitenwijk; buurt; centrum; handelswijk; plein; sectie; stadsdeel; stadskwartier; stadswijk; wijk; woonwijk
ramification afdeling; departement; detachement; sectie; tak; vakgroep aftakking; driesprong; loot; splitsing; takje; twijg; vertakking; wegsplitsing
rayon afdeling; departement; detachement; divisie; sectie; tak; vakgroep basisbestanddeel; baton; bestanddeel; bestuursregio; boekenplank; component; deel; departement; element; erf; fractie; grondgebied; ingrediënt; legbord; onderdeel; plank; radiatie; radius; rek; schap; spaak; spaak van een fietswiel; sprankeltje; staaf; staf; stang; stok; straal; straalbundel; stralenbundel; straling; stuk; terrein; territorium; uitstraling; vonkje; wielspaak
région sectie; vakgroep cacheregio; district; erf; gebied; gebiedsdeel; gewest; gordel; gouw; grondgebied; hoek; landstreek; oord; plaats; provincie; rayon; rayon van een bedrijf; rechtsgebied; regio; ressort; rijksonderdeel; streek; terrein; territorium; zone
section afdeling; departement; detachement; divisie; presentatiesectie; sectie; tak; vakgroep alinea; basisbestanddeel; bestanddeel; bestuursregio; component; deel; departement; doorsnede; doorsnee; echelon; element; fractie; gebied; geleding; gordel; ingrediënt; laag; lid; onderdeel; paragraaf; regio; sectie-indeling; streek; stuk; terrein; territorium; zone
segment afdeling; departement; detachement; sectie; tak basisbestanddeel; bestanddeel; component; deel; element; fractie; ingrediënt; onderdeel; rekeningcodesegment; segment; stuk
équipe afdeling; departement; detachement; sectie; tak elf; elftal; equipe; partij; ploeg; team; voetbalelftal
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
branche branche; branche-element; vertakking; voorwaardelijke branche
section présentation presentatiesectie; sectie
équipe team

Verwante woorden van "sectie":


Wiktionary: sectie

sectie
noun
  1. Traductions à trier suivant le sens
  2. action de couper, de diviser ou résultat de cette action.
  3. état, fonctions, devoirs de quelqu’un qui servir une personne ou une collectivité.

Computer vertaling door derden: