Nederlands

Uitgebreide vertaling voor linker- (Nederlands) in het Frans

linker:

linker bijvoeglijk naamwoord

  1. linker (links)
    à gauche; gauche; par la gauche; gaucher; de gauche; vers la gauche

Vertaal Matrix voor linker:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gauche linkerkant; linkerzijde
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
éditeur de liens linker
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
de gauche linker; links
gauche linker; links abrupt; eensklaps; harkerig; houterig; ineens; krukkig; lomp; onbeholpen; onelegant; onhandig; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plomp; plots; plotseling; plotsklaps; schutterig; slungelig; stijf; stijve; stoethaspelig; stram; stroef; stumperig; stuntelig; sukkelend; sukkelig
gaucher linker; links
par la gauche linker; links
vers la gauche linker; links
à gauche linker; links links; linksaf; linksom

Verwante woorden van "linker":


link:

link [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de link (onderling verband; verband; relatie; )
    la relation; le lien; la liaison; le chaînon
    • relation [la ~] zelfstandig naamwoord
    • lien [le ~] zelfstandig naamwoord
    • liaison [la ~] zelfstandig naamwoord
    • chaînon [le ~] zelfstandig naamwoord
  2. de link (verbinding; relatie; verband; )
    le lien; le rapport; la relation
    • lien [le ~] zelfstandig naamwoord
    • rapport [le ~] zelfstandig naamwoord
    • relation [la ~] zelfstandig naamwoord
  3. de link (hyperlink)
    le lien; lien hypertexte
  4. de link

link bijvoeglijk naamwoord

  1. link (listig; sluw; geraffineerd; )
    malin; raffiné; rusé; aiguisé; malicieux; taillé; fin; perfide

Vertaal Matrix voor link:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
chaînon connectie; link; onderling verband; relatie; samenhang; schakel; verband kettingbout; schakel; schalm
fin afhaken; beëindiging; conclusie; eind; einde; eindigen; eindpunt; eindstreep; end; finale; finish; finishlijn; kappen; laatste opvoering; meet; ontknoping; ophouden; slot; slotbeschouwing; slotstuk; sluiting; sluitstuk; staken; uiteinde; uitscheiden
liaison connectie; link; onderling verband; relatie; samenhang; schakel; verband OLE/DDE-koppeling; aaneenkoppeling; aaneenvoeging; aansluiting; affaire; afgesproken ontmoeting; afspraak; akkoord; avontuurtje; band; binding; bond; bondgenootschap; connectie; contact; correlatie; federatie; gebondenheid; gegevensbinding; het gebonden zijn; koppelen; koppeling; liaison; liefdesbetrekking; liefdesrelatie; liga; pact; relatie; samenhang; samenvoeging; slippertje; unie; verband; verbinding; verbond; verdrag; verhouding; verkering
lien aansluiting; band; connectie; hyperlink; liaison; link; onderling verband; relatie; samenhang; schakel; verband; verbinding alliantie; band; bond; bondgenootschap; correlatie; relatie; samenhang; sluitband; verband; verbinding; verbond
malicieux bij de pinken zijn; doortraptheid; gewiekstheid; gladheid; listigheid; sluwheid; snoodheid
malin bij de pinken zijn; doortraptheid; gewiekstheid; gladheid; kei; listigheid; slimme vos; slimmerd; sluwheid; snoodheid
rapport aansluiting; band; connectie; liaison; link; relatie; samenhang; verband; verbinding aankondigen; akkoord; band; bekendmaken; bericht; binding; bond; bondgenootschap; correlatie; federatie; gebondenheid; geschiedenis; het gebonden zijn; liaison; liefdesbetrekking; liefdesrelatie; liga; melden; notulen; ommegang; pact; rapport; referaat; relaas; relatie; reportage; samenhang; unie; verband; verbinding; verbond; verdichtsel; verdrag; verhaal; verhaaltje; verhouding; verkering; verslag; vertelling; vertelsel; weergave
relation aansluiting; band; connectie; liaison; link; onderling verband; relatie; samenhang; schakel; verband; verbinding aansluiting; affaire; akkoord; avontuurtje; band; bekende; bekende persoon; binding; bond; bondgenootschap; connectie; contact; correlatie; federatie; gebondenheid; het gebonden zijn; kennis; liaison; liefdesbetrekking; liefdesrelatie; liga; pact; relatie; samenhang; slippertje; unie; verband; verbinding; verbond; verdrag; verhouding; verkering; verwantschap
rusé doortraptheid; gewiekstheid; gladheid; goochemheid; leperd; leperik; listigheid; schranderheid; sluwheid; snoodheid; uitgeslapenheid
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
liaison koppelen
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
liaison koppelen
lien hypertexte hyperlink; link
lien symbolique link
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
malicieux boosaardig; slecht
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aiguisé arglistig; doortrapt; geraffineerd; geslepen; leep; link; listig; slinks; sluw gehaaid; gescherpt; geslepen; gewiekst; leep; messcherp; sluw; vlijmscherp
fin arglistig; doortrapt; geraffineerd; geslepen; leep; link; listig; slinks; sluw adrem; bijdehand; delicaat; dun; elegant; fel; fijn; fijn van smaak; fijngebouwd; fijngevoelig; fijnzinnig; gehaaid; geslepen; gevat; gewiekst; gracieus; grievend; hanig; krenkend; kwetsend; leep; lichtgebouwd; pinnig; raak; rank; scherp; scherpzinnig; schrander; sierlijk; slank; slim; sluw; snedig; snibbig; subtiel; teerbesnaard; teergevoelig; tenger; uitgeslapen; vinnig; vlijmend
malicieux arglistig; doortrapt; geraffineerd; geslepen; leep; link; listig; slinks; sluw bengelachtig; boefachtig; boosaardig; duivelachtig; duivels; ernaast; fout; foutief; gemeen; gluiperig; guitig; hatelijk; huiveringwekkend; ijselijk; ijzingwekkend; kwaadaardig; kwajongensachtig; malicieus; mis; ondeugend; onjuist; onwaar; schalkachtig; schalks; schelmachtig; schelms; schurkachtig; serpentachtig; snaaks; spotachtig; stekelig; ten onrechte; vals; verkeerd; verraderlijk; vijandig
malin arglistig; doortrapt; geraffineerd; geslepen; leep; link; listig; slinks; sluw achterbaks; adrem; bedachtzaam; berekenend; bij de pinken; bijdehand; clever; correct; doordacht; doortrapt; duivelachtig; duivels; fabelachtig; fantastisch; gaaf; gehaaid; gemeen; geniaal; geniepig; geraffineerd; geslepen; gevat; gewiekst; gluiperig; goochem; kien; krankzinnig; kwaadaardig; leep; listig; nadenkend; pienter; raadzaam; raak; reuze; scherpzinnig; schrander; slim; slinks; sluw; snedig; snood; snugger; spits; spitsvondig; stiekem; te gek; uitgekiend; uitgekookt; uitgeslapen; vernuftig; verstandig; waanzinnig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
perfide arglistig; doortrapt; geraffineerd; geslepen; leep; link; listig; slinks; sluw achterbaks; bedriegelijk; doortrapt; duivelachtig; duivels; gefingeerd; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; giftig; gluiperig; heimelijk; in het geheim; in het geniep; kwaadaardig; kwaadwillig; leep; listig; met slechte intentie; min; nagemaakt; onecht; ontrouw; onwaar; op steelse wijze; overspelig; perfide; slecht; slinks; sluw; snood; steels; steelsgewijze; stiekem; tersluiks; uitgekookt; vals; venijnig
raffiné arglistig; doortrapt; geraffineerd; geslepen; leep; link; listig; slinks; sluw chic; delicaat; elegant; esthetisch; fijn van smaak; geraffineerd; sierlijk; smaakvol; stijlvol; verfijnd
rusé arglistig; doortrapt; geraffineerd; geslepen; leep; link; listig; slinks; sluw achterbaks; adrem; berekenend; bij de pinken; bijdehand; clever; doortrapt; duivelachtig; duivels; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gevat; gewiekst; gluiperig; goochem; in het geniep; kien; kwaadaardig; leep; listig; pienter; raak; scherpzinnig; schrander; slim; slinks; sluw; snedig; snood; snugger; spitsvondig; stiekem; uitgekiend; uitgekookt; uitgeslapen
taillé arglistig; doortrapt; geraffineerd; geslepen; leep; link; listig; slinks; sluw

Verwante woorden van "link":


Wiktionary: link

link
noun
  1. een betrekking of relatie
  2. een verwijzing
link
adjective
  1. Qui met en danger (sens général)
  2. Qui est dangereux, où il y a du péril.
  3. Qui être à redouter.
noun
  1. Langage informatique
  2. confédération de plusieurs État, pour se défendre ou pour attaquer.

Cross Translation:
FromToVia
link lien; rapport; connexion link — connection
link maillon link — element of a chain
link hyperlien; hypertexte; lien link — computing: hyperlink


Wiktionary: linker-

linker-
adjective
  1. Qui se trouve du côté de son cœur (en supposant que son cœur est du même côté que pour la majorité des être humain), ou encore du côté opposé à celui de la main qui sert à écrire chez la majorité (dans le cas où on parle de soi, car on utilise cet adjectif en adoptant le point de vue de la person

Verwante vertalingen van linker-