Nederlands
Uitgebreide vertaling voor kloofdal (Nederlands) in het Frans
kloofdal: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- kloof: crevasse; encoche; espace; blanc; fente; fissure; pause; intervalle; interligne; ravin
- dal: vallée; val; vallon
- kloven: scinder; hacher; couper; trancher; fendre; fissurer; lézarder; se fendre; cliver; fendiller; crevasser; se fendiller; se cliver; crevasse; gouffres; fentes
- kluiven: manger; goûter; consommer; bouffer; savourer; déguster; grignoter; croquer; ronger; sucer; casser la croûte; suçoter