Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. vitaal:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vitaal (Nederlands) in het Spaans

vitaal:

vitaal bijvoeglijk naamwoord

  1. vitaal (levenskrachtig)
    vital; enérgico
  2. vitaal (van levensbelang)
    vital; crucial

Vertaal Matrix voor vitaal:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
enérgico levenskrachtig; vitaal actief; beweeglijk; daadkrachtig; dapper; doortastend; drastisch; dynamisch; energiek; ferm; flink; fysiek sterk; geanimeerd; gespierd; heftig; intens; intensief; krachtdadig; krachtig; levendig; levensvatbaar; met een krachtige uitwerking; moedig; moreel sterk; onbeheerst; onstuimig; sterk; stevig; vief; vol fut
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
crucial van levensbelang; vitaal beslissend; cruciaal; doorslaggevend; elementair; essentieel; heel belangrijk; kardinaal; noodzakelijk; onmisbaar; onontbeerlijk; vereist; voornaamst; wezenlijk
vital levenskrachtig; van levensbelang; vitaal actief; beweeglijk; cruciaal; daadkrachtig; dynamisch; elementair; energiek; essentieel; intens; intensief; kardinaal; krachtig; levendig; met een krachtige uitwerking; noodzakelijk; onmisbaar; onontbeerlijk; vereist; voornaamst; wezenlijk

Verwante woorden van "vitaal":

  • vitale

Wiktionary: vitaal


Cross Translation:
FromToVia
vitaal esencial essentiel — Qui appartenir à l’essence, qui est de l’essence.