Kern: vertaling Nederlands

Overzicht

Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...

kern:
- corazón; núcleo; esencia; lo más esencial; centro; corazón de una cosa
Wiktionary:
- kern → núcleo, cuesco, hueso

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kern (Nederlands) in het Spaans

de kern (binnenste)
el corazón; el núcleo
- corazón [el ~] zelfstandig naamwoord
- núcleo [el ~] zelfstandig naamwoord
de kern (essentie; midden)
la esencia; el lo más esencial
- esencia [la ~] zelfstandig naamwoord
- lo más esencial [el ~] zelfstandig naamwoord
de kern (middelpunt; centrum; midden)
el centro; el núcleo; el corazón de una cosa
- centro [el ~] zelfstandig naamwoord
- núcleo [el ~] zelfstandig naamwoord
- corazón de una cosa [el ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
centro	centrum; kern; middelpunt; midden	binnenste; bloedpomp; bolwerk; dolhuis; gekkenhuis; gesticht; hart; inrichting; krankzinnigengesticht; krankzinnigeninrichting; middelste; psychiatrische inrichting
corazón	binnenste; kern	beminde; bloedpomp; duifje; geliefde; hart; liefje; liefste; lieve; lieveling; lieverd; poepje; schat; schatje; schattebout; scheetje; snoepje; snoes; vriendin; vrouwlief
corazón de una cosa	centrum; kern; middelpunt; midden	kernpunt
esencia	essentie; kern; midden	belangrijkste punt; bloedpomp; hart; hoofdpunt; wezenlijkheid
lo más esencial	essentie; kern; midden	bloedpomp; hart; wezenlijkste
núcleo	binnenste; centrum; kern; middelpunt; midden	binnenste; middelste

Cross Translation:

From	To	Via
• kern	→ núcleo	↔ kernel — (mathematics, algebra) set of elements mapped to zero
• kern	→ núcleo	↔ nucleus — core, central part of something
• kern	→ núcleo	↔ Kern — zentraler Hauptbestandteil eines Ganzen
• kern	→ cuesco; hueso; núcleo	↔ noyau — Partie centrale, dure, d’une drupe et qui contient une amande. On oppose le noyau au pépin de la baie.