Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
afilado
|
loos; zoekgeraakt
|
achterbaks; adrem; afgeslepen; arglistig; behendig; bekwaam; bijdehand; clever; doortrapt; gehaaid; gemeen; geniepig; gepolijst; geraffineerd; gescherpt; geslepen; gevat; gewiekst; gladgemaakt; gladgeslepen; gluiperig; handig; kien; kundig; leep; link; listig; pienter; puntig; raak; scherp; scherp gepunt; scherpgerand; schrander; slim; slinks; sluw; snedig; snood; snugger; spits; stiekem; uitgekookt; uitgeslapen; vaardig; vlijmend; vlijmscherp
|
arriesgado
|
loos; zoekgeraakt
|
arglistig; doortrapt; gehaaid; geraffineerd; geslepen; gevaarlijk; gewaagd; gewiekst; hachelijk; leep; link; listig; risicovol; riskant; slinks; sluw
|
despierto
|
loos; zoekgeraakt
|
ad rem; adrem; behendig; bekwaam; bezet; bij de pinken; bijdehand; clever; druk; drukbezet; geagiteerd; gehaaid; geniaal; geslepen; gevat; gewiekst; goochem; handig; kien; kundig; leep; levendig; pienter; raak; schrander; slagvaardig; slim; sluw; snedig; spits; uitgekookt; uitgeslapen; vaardig; verhit; vernuftig; wakker
|
perdido
|
loos; zoekgeraakt
|
onthand; verbeurd
|