Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. zich uitdossen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zich uitdossen (Nederlands) in het Spaans

zich uitdossen:

zich uitdossen werkwoord

  1. zich uitdossen (zich uitmonsteren; optooien)
    equipar; proveer; adornar; decorar; embellecer; ataviar; aliñar; engalanar; acicalar

Vertaal Matrix voor zich uitdossen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
adornar opluisteren; opschikken; opsieren; optuigen; tooien; versieren
ataviar opschikken; opsieren
engalanar opluisteren; optuigen; tooien; versieren
proveer leveren
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acicalar optooien; zich uitdossen; zich uitmonsteren opsieren; opsmukken; tooien; zich mooi maken; zich opsmukken
adornar optooien; zich uitdossen; zich uitmonsteren afwerken; decoreren; een onderscheidingsteken geven; garneren; gladmaken; gladwrijven; onderscheiden; opdirken; opdoffen; opmaken; opschikken; opsieren; opsmukken; optuigen; optutten; ridderen; schotels garneren; tooien; uitdossen; verfraaien; verluchten; versieren; zich mooi maken
aliñar optooien; zich uitdossen; zich uitmonsteren opsieren; opsmukken; tooien; zich mooi maken; zich opsmukken
ataviar optooien; zich uitdossen; zich uitmonsteren opschikken; opsieren; opsmukken; optuigen; tooien; verfraaien; verluchten; zich mooi maken; zich opsmukken
decorar optooien; zich uitdossen; zich uitmonsteren aankleden; afwerken; bekleden; decoreren; een onderscheidingsteken geven; garneren; onderscheiden; opmaken; opsmukken; overtrekken; ridderen; schotels garneren; stofferen; van bekleding voorzien; versieren; versieringen aanbrengen
embellecer optooien; zich uitdossen; zich uitmonsteren opdirken; opdoffen; opschikken; opsieren; opsmukken; optuigen; optutten; staan; tooien; uitdossen; verfraaien; verluchten; zich mooi maken
engalanar optooien; zich uitdossen; zich uitmonsteren opdirken; opdoffen; opschikken; opsieren; opsmukken; optuigen; optutten; tooien; uitdossen; verfraaien; verluchten; zich mooi maken
equipar optooien; zich uitdossen; zich uitmonsteren gladmaken; gladwrijven; outilleren; toerusten; uitrusten; zich uitrusten
proveer optooien; zich uitdossen; zich uitmonsteren toerusten; uitrusten; zich uitrusten

Verwante vertalingen van zich uitdossen