Nederlands
Uitgebreide vertaling voor voortduren (Nederlands) in het Spaans
voortduren:
-
voortduren (aanhouden; voortbestaan)
Conjugations for voortduren:
o.t.t.
- duur voort
- duurt voort
- duurt voort
- duren voort
- duren voort
- duren voort
o.v.t.
- duurde voort
- duurde voort
- duurde voort
- duurden voort
- duurden voort
- duurden voort
v.t.t.
- heb voortgeduurd
- hebt voortgeduurd
- heeft voortgeduurd
- hebben voortgeduurd
- hebben voortgeduurd
- hebben voortgeduurd
v.v.t.
- had voortgeduurd
- had voortgeduurd
- had voortgeduurd
- hadden voortgeduurd
- hadden voortgeduurd
- hadden voortgeduurd
o.t.t.t.
- zal voortduren
- zult voortduren
- zal voortduren
- zullen voortduren
- zullen voortduren
- zullen voortduren
o.v.t.t.
- zou voortduren
- zou voortduren
- zou voortduren
- zouden voortduren
- zouden voortduren
- zouden voortduren
diversen
- duur voort!
- duurt voort!
- voortgeduurd
- voortdurend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
voortduren
la continuación
Vertaal Matrix voor voortduren:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
continuación | voortduren | filmsequentie; sequens; sequentie; vervolg; vervolgdeel; voortduring; voortzetting |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
continuar | aanhouden; voortbestaan; voortduren | aanhouden; continueren; doorgaan; doorrijden; doorwerken; doorzetten; een stapje verder gaan; prolongeren; standhouden; verdergaan; vervolgen; volharden; volhouden; voortgaan; voortzetten |
durar | aanhouden; voortbestaan; voortduren | |
perdurar | aanhouden; voortbestaan; voortduren | standhouden; voortleven; zich staande houden |
Wiktionary: voortduren
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• voortduren | → aguantar; perdurar | ↔ endure — to continue despite obstacles |
• voortduren | → continuar; durar; seguir | ↔ continuer — poursuivre ce qui commencer. |
• voortduren | → durar | ↔ durer — continuer d’être, se prolonger. |