Nederlands
Uitgebreide vertaling voor vleien (Nederlands) in het Spaans
vleien:
-
vleien (stroop om de mond smeren; kruipen; flikflooien; flatteren; vlemen)
gatear; engatusar; adular; halagar; dar coba a-
gatear werkwoord
-
engatusar werkwoord
-
adular werkwoord
-
halagar werkwoord
-
dar coba a werkwoord
-
Conjugations for vleien:
o.t.t.
- vlei
- vleit
- vleit
- vleien
- vleien
- vleien
o.v.t.
- vleide
- vleide
- vleide
- vleiden
- vleiden
- vleiden
v.t.t.
- heb gevleid
- hebt gevleid
- heeft gevleid
- hebben gevleid
- hebben gevleid
- hebben gevleid
v.v.t.
- had gevleid
- had gevleid
- had gevleid
- hadden gevleid
- hadden gevleid
- hadden gevleid
o.t.t.t.
- zal vleien
- zult vleien
- zal vleien
- zullen vleien
- zullen vleien
- zullen vleien
o.v.t.t.
- zou vleien
- zou vleien
- zou vleien
- zouden vleien
- zouden vleien
- zouden vleien
diversen
- vlei!
- vleit!
- gevleid
- vleiend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor vleien:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
caricia | aai; aaiing; aanhalen; gestreel; liefkozing; streling; vleien | aanhalen; aanhaling; geknuffel; liefkozing; streling |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
adular | flatteren; flikflooien; kruipen; stroop om de mond smeren; vleien; vlemen | flemen; flikflooien; meeconverseren; meepraten |
dar coba a | flatteren; flikflooien; kruipen; stroop om de mond smeren; vleien; vlemen | |
engatusar | flatteren; flikflooien; kruipen; stroop om de mond smeren; vleien; vlemen | voorspiegelen |
gatear | flatteren; flikflooien; kruipen; stroop om de mond smeren; vleien; vlemen | |
halagar | flatteren; flikflooien; kruipen; stroop om de mond smeren; vleien; vlemen | knuffen |
Wiktionary: vleien
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• vleien | → hacer el buz; lisonjear | ↔ butter up — to flatter |
• vleien | → halagar; lisonjear; adular; barbear; favorecer | ↔ schmeicheln — mit Dativ: versuchen, jemandem zu gefallen oder jemanden zu beeinflussen, indem man Sachen sagt, die der andere gerne hört, die aber nicht unbedingt der eigenen Meinung entsprechen. |
• vleien | → adular; lisonjear | ↔ aduler — flatter quelqu’un avec excès par bassesse ou par intérêt. |
• vleien | → lisonjear; halagar; adular | ↔ amadouer — (familier, fr) flatter quelqu’un pour le disposer à ce qu’on désirer de lui. |