Overzicht
Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...
-
verzadigd:
- harto; hinchado; pleno; saciado; lleno; satisfecho; entusiasta; vivo; complacido; alegre; contento; pagado; arrobado; abonado
- verzadigen:
- Wiktionary:
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor verzadigd (Nederlands) in het Spaans
verzadigd:
-
verzadigd (volgegeten; vol)
-
verzadigd (vol)
-
verzadigd (voldaan; tevreden; bevredigd; vergenoegd; genoeg)
satisfecho; entusiasta; vivo; complacido; alegre; contento; pagado; arrobado; abonado-
satisfecho bijvoeglijk naamwoord
-
entusiasta bijvoeglijk naamwoord
-
vivo bijvoeglijk naamwoord
-
complacido bijvoeglijk naamwoord
-
alegre bijvoeglijk naamwoord
-
contento bijvoeglijk naamwoord
-
pagado bijvoeglijk naamwoord
-
arrobado bijvoeglijk naamwoord
-
abonado bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor verzadigd:
verzadigen:
-
verzadigen (verzadigd maken)
-
verzadigen (zich de buik vol eten)
Conjugations for verzadigen:
o.t.t.
- verzadig
- verzadigt
- verzadigt
- verzadigen
- verzadigen
- verzadigen
o.v.t.
- verzadigde
- verzadigde
- verzadigde
- verzadigden
- verzadigden
- verzadigden
v.t.t.
- heb verzadigd
- hebt verzadigd
- heeft verzadigd
- hebben verzadigd
- hebben verzadigd
- hebben verzadigd
v.v.t.
- had verzadigd
- had verzadigd
- had verzadigd
- hadden verzadigd
- hadden verzadigd
- hadden verzadigd
o.t.t.t.
- zal verzadigen
- zult verzadigen
- zal verzadigen
- zullen verzadigen
- zullen verzadigen
- zullen verzadigen
o.v.t.t.
- zou verzadigen
- zou verzadigen
- zou verzadigen
- zouden verzadigen
- zouden verzadigen
- zouden verzadigen
diversen
- verzadig!
- verzadigt!
- verzadigd
- verzadigend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor verzadigen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
hartarse | verzadigen; zich de buik vol eten | brassen; schransen; slempen; stevig aanpakken; streng behandelen; vreten; zwelgen |
saciar | verzadigd maken; verzadigen | |
saciarse | verzadigen; zich de buik vol eten | |
saturarse | verzadigen; zich de buik vol eten |
Wiktionary: verzadigen
verzadigen
Cross Translation:
verb
-
(overgankelijk) tot bevrediging voeren, geheel aan een behoefte voldoen
- verzadigen → ahitar
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verzadigen | → saciar | ↔ satiate — satisfy |
• verzadigen | → saturar | ↔ saturer — chimie|fr dissoudre dans un liquide la quantité maximale qu’il pouvoir absorber d’une substance. |