Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. verwrongen:
  2. verwringen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verwrongen (Nederlands) in het Spaans

verwrongen:

verwrongen bijvoeglijk naamwoord

  1. verwrongen (verdraaid)
    torcido; desencajado; crispado; demudado

Vertaal Matrix voor verwrongen:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
crispado verdraaid; verwrongen vertrokken
demudado verdraaid; verwrongen vertrokken
desencajado verdraaid; verwrongen vertrokken
torcido verdraaid; verwrongen dwars; gebogen; gedraaid; gekromd; gekronkeld; geslingerd; hellend; krom; scheef; schuin; schuin aflopend; slingerend; steil; verbogen

verwringen:

verwringen werkwoord (verwring, verwringt, verwrong, verwrongen, verwrongen)

  1. verwringen
    retorcer

Conjugations for verwringen:

o.t.t.
  1. verwring
  2. verwringt
  3. verwringt
  4. verwringen
  5. verwringen
  6. verwringen
o.v.t.
  1. verwrong
  2. verwrong
  3. verwrong
  4. verwrongen
  5. verwrongen
  6. verwrongen
v.t.t.
  1. heb verwrongen
  2. hebt verwrongen
  3. heeft verwrongen
  4. hebben verwrongen
  5. hebben verwrongen
  6. hebben verwrongen
v.v.t.
  1. had verwrongen
  2. had verwrongen
  3. had verwrongen
  4. hadden verwrongen
  5. hadden verwrongen
  6. hadden verwrongen
o.t.t.t.
  1. zal verwringen
  2. zult verwringen
  3. zal verwringen
  4. zullen verwringen
  5. zullen verwringen
  6. zullen verwringen
o.v.t.t.
  1. zou verwringen
  2. zou verwringen
  3. zou verwringen
  4. zouden verwringen
  5. zouden verwringen
  6. zouden verwringen
diversen
  1. verwring!
  2. verwringt!
  3. verwrongen
  4. verwringend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor verwringen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
retorcer verwringen klemmen; knellen; met iemand worstelen; omklemmen; uitwringen; worstelen; wriggelen; wrikken; wringen