Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. verschraald:
  2. verschralen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verschraald (Nederlands) in het Spaans

verschraald:

verschraald bijvoeglijk naamwoord

  1. verschraald
    enflaquecido

Vertaal Matrix voor verschraald:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
enflaquecido verschraald graatachtig; graatmager; totaal vermagerd; vermagerd

verschraald vorm van verschralen:

verschralen werkwoord (verschraal, verschraalt, verschraalde, verschraalden, verschraald)

  1. verschralen

Conjugations for verschralen:

o.t.t.
  1. verschraal
  2. verschraalt
  3. verschraalt
  4. verschralen
  5. verschralen
  6. verschralen
o.v.t.
  1. verschraalde
  2. verschraalde
  3. verschraalde
  4. verschraalden
  5. verschraalden
  6. verschraalden
v.t.t.
  1. heb verschraald
  2. hebt verschraald
  3. heeft verschraald
  4. hebben verschraald
  5. hebben verschraald
  6. hebben verschraald
v.v.t.
  1. had verschraald
  2. had verschraald
  3. had verschraald
  4. hadden verschraald
  5. hadden verschraald
  6. hadden verschraald
o.t.t.t.
  1. zal verschralen
  2. zult verschralen
  3. zal verschralen
  4. zullen verschralen
  5. zullen verschralen
  6. zullen verschralen
o.v.t.t.
  1. zou verschralen
  2. zou verschralen
  3. zou verschralen
  4. zouden verschralen
  5. zouden verschralen
  6. zouden verschralen
diversen
  1. verschraal!
  2. verschraalt!
  3. verschraald
  4. verschralend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor verschralen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
empobrecerse verschralen verarmen; verpauperen
resecarse verschralen verdorren; verkommeren; verleppen; verwelken