Overzicht
Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...
- vakje:
- vak:
-
Wiktionary:
- vakje → casilla
- vak → oficio, asignatura
- vak → negocio, oficio, terreno, asignatura, materia, curso, ramo, dominio, especialidad
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor vakje (Nederlands) in het Spaans
vakje:
Vertaal Matrix voor vakje:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
casilla | vakje | ambacht; hok; hokje; hol; hol van een dier; huis; huisje; hut; hutje; leger; métier; optrekje; schuilplaats; selectievakje; stiel; stulp; vak; verblijf |
Verwante woorden van "vakje":
vakje vorm van vak:
-
het vak (werk; beroep)
-
het vak (métier; ambacht; stiel)
la asignatura; la artesanía; la mercancía; la profesión; la caseta; el apelación; el asunto; el trabajo; la causa; la casilla; el asuntos; la actividades; la aventura; el compartimiento; la actividad -
het vak (werk; arbeid; taak; werkzaamheid; inspanning; ambacht; bezigheid)
-
het vak (vriesvak)
Vertaal Matrix voor vak:
Verwante woorden van "vak":
Synoniemen voor "vak":
Verwante definities voor "vak":
Wiktionary: vak
vak
Cross Translation:
noun
-
beroep
- vak → oficio
-
schoolvak
- vak → asignatura
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• vak | → negocio | ↔ business — commercial, industrial or professional activity |
• vak | → oficio | ↔ craft — skilled practice |
• vak | → terreno | ↔ field — course of study or domain of knowledge or practice |
• vak | → asignatura; materia; curso; ramo | ↔ subject — particular area of study |
• vak | → dominio | ↔ domaine — Propriété d’une assez vaste étendue et contenant des biens-fonds de diverse nature. (Sens général) |
• vak | → oficio | ↔ métier — profession. |
• vak | → especialidad | ↔ spécialité — caractère de ce qui est spécial. |