Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. synchroniseren:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor synchroniseren (Nederlands) in het Spaans

synchroniseren:

synchroniseren werkwoord (synchroniseer, synchroniseert, synchroniseerde, synchroniseerden, gesynchroniseerd)

  1. synchroniseren (gelijkzetten)

Conjugations for synchroniseren:

o.t.t.
  1. synchroniseer
  2. synchroniseert
  3. synchroniseert
  4. synchroniseren
  5. synchroniseren
  6. synchroniseren
o.v.t.
  1. synchroniseerde
  2. synchroniseerde
  3. synchroniseerde
  4. synchroniseerden
  5. synchroniseerden
  6. synchroniseerden
v.t.t.
  1. ben gesynchroniseerd
  2. bent gesynchroniseerd
  3. is gesynchroniseerd
  4. zijn gesynchroniseerd
  5. zijn gesynchroniseerd
  6. zijn gesynchroniseerd
v.v.t.
  1. was gesynchroniseerd
  2. was gesynchroniseerd
  3. was gesynchroniseerd
  4. waren gesynchroniseerd
  5. waren gesynchroniseerd
  6. waren gesynchroniseerd
o.t.t.t.
  1. zal synchroniseren
  2. zult synchroniseren
  3. zal synchroniseren
  4. zullen synchroniseren
  5. zullen synchroniseren
  6. zullen synchroniseren
o.v.t.t.
  1. zou synchroniseren
  2. zou synchroniseren
  3. zou synchroniseren
  4. zouden synchroniseren
  5. zouden synchroniseren
  6. zouden synchroniseren
diversen
  1. synchroniseer!
  2. synchroniseert!
  3. gesynchroniseerd
  4. synchoniserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor synchroniseren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sincronizar gelijkzetten
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sincronizar gelijkzetten; synchroniseren Synchroniseren; afstemmen; gelijkschakelen

Wiktionary: synchroniseren


Cross Translation:
FromToVia
synchroniseren sincronizar synchronize — cause two events to have coordinated timing