Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. spouw:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor spouw (Nederlands) in het Spaans

spouw:

spouw [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de spouw
    la hendidura

Vertaal Matrix voor spouw:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hendidura spouw barst; bergkloof; bergspleet; breuk; buurtschap; gat; gehucht; geul; gleuf; groef; groeve; insnijding; kloof; krak; langwerpige uitholling; opening; rotskloof; rotsspleet; scheur; sleuf; spleet; split; tussenruimte; uitsparing; vaargeul

Verwante woorden van "spouw":

  • spouwen

spouwen:


Verwante woorden van "spouwen":