Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
abobado
|
doezelig; soezerig; suf
|
eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend
|
adormilado
|
doezelig; soezerig; suf
|
dommelig; lodderig; slaperig; soezig; suffig; versuft
|
atontado
|
daas; dof; geesteloos; mat; soezerig; suf; versuft
|
bedwelmd; met de mond vol tanden; met open mond; onder invloed; sprakeloos; verbaasd; verbijsterd; verblind; verbluft; verdwaasd; verstomd; verwonderd
|
aturdido
|
daas; doezelig; dof; geesteloos; mat; soezerig; suf; versuft
|
aanmatigend; bot; dorps; getroffen; kortaf; met de mond vol tanden; met open mond; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; ongelikt; onthutst; ontsteld; overdonderd; overrompeld; overstuur; paf; perplex; respectloos; sprakeloos; verbaasd; verbijsterd; verblind; verbluft; verdwaasd; verstomd; verwonderd; zonder omhaal
|
embobado
|
doezelig; soezerig; suf
|
met de mond vol tanden; met open mond; sprakeloos; verbaasd; verbijsterd; verbluft; verstomd; verwonderd
|
soso
|
daas; dof; geesteloos; mat; soezerig; suf; versuft
|
afgezaagd; bleek; eentonig; flauw; flets; melig; monotoon; muf; oubakken; oud; oudbakken; plat; saai; slaapverwekkend; smakeloos; suf; verschaald; verschoten; vervelend; zonder smaak; zouteloos
|
soñoliento
|
daas; doezelig; dof; geesteloos; mat; soezerig; suf; versuft
|
dommelig; dromerig; eentonig; lodderig; mijmerend; monotoon; saai; slaapverwekkend; slaperig; soezend; soezig; suffend; suffig; versuft
|