Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. smetten:
  2. smet:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor smetten (Nederlands) in het Spaans

smetten:

smetten werkwoord (smet, smette, smetten, gesmet)

  1. smetten (vlekken; afgeven; bevlekken)
    manchar

Conjugations for smetten:

o.t.t.
  1. smet
  2. smet
  3. smet
  4. smetten
  5. smetten
  6. smetten
o.v.t.
  1. smette
  2. smette
  3. smette
  4. smetten
  5. smetten
  6. smetten
v.t.t.
  1. heb gesmet
  2. hebt gesmet
  3. heeft gesmet
  4. hebben gesmet
  5. hebben gesmet
  6. hebben gesmet
v.v.t.
  1. had gesmet
  2. had gesmet
  3. had gesmet
  4. hadden gesmet
  5. hadden gesmet
  6. hadden gesmet
o.t.t.t.
  1. zal smetten
  2. zult smetten
  3. zal smetten
  4. zullen smetten
  5. zullen smetten
  6. zullen smetten
o.v.t.t.
  1. zou smetten
  2. zou smetten
  3. zou smetten
  4. zouden smetten
  5. zouden smetten
  6. zouden smetten
en verder
  1. ben gesmet
  2. bent gesmet
  3. is gesmet
  4. zijn gesmet
  5. zijn gesmet
  6. zijn gesmet
diversen
  1. smet!
  2. smett!
  3. gesmet
  4. smettend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor smetten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
manchar vlekken
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
manchar afgeven; bevlekken; smetten; vlekken bedoezelen; bekladden; bemorsen; besmeren; bevlekken; bevuilen; bezoedelen; droppen; druipen; druppelen; druppels laten vallen; druppen; kladderen; kliederen; klodderen; verontreinigen; vervuilen; vies maken; viesmaken; vuil maken; vuilmaken

Verwante woorden van "smetten":


smet:

smet [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de smet (schandvlek; schandmerk)
    el deshonra; el oprobio; la oveja negra
  2. de smet (vlek)
    la tacha; la mancha; la marca
    • tacha [la ~] zelfstandig naamwoord
    • mancha [la ~] zelfstandig naamwoord
    • marca [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor smet:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
deshonra schandmerk; schandvlek; smet blaam; ontering; schandaal; verlaging
mancha smet; vlek blaam; buurtschap; gat; gehucht; harde slag; klap; kledder; klodder; klont; klonter; kwak; lik; moesje; nop; schar; spat; spatje; spatter; stip; stipje; stippel; vlek; vlekje; zwabber
marca smet; vlek beeldmerk; brandmerk; eigenschap; einde; eindpunt; eindstreep; finish; finishlijn; handelsmerk; herkenningsteken; kenmerk; kenteken; keurmerk; keurstempel; label; logo; markering; meet; merk; merknaam; merkteken; onderscheidingsteken; ontvangstbewijs; record; reçu; stigma; vlag; wondteken van Christus
oprobio schandmerk; schandvlek; smet schandaal
oveja negra schandmerk; schandvlek; smet zwart schaap; zwarte schaap
tacha smet; vlek buurtschap; gat; gehucht; schoonheidsfoutje; vlek; vuile plek

Verwante woorden van "smet":


Wiktionary: smet

smet
noun
  1. vlek