Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. simultaan:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor simultaan (Nederlands) in het Spaans

simultaan:

simultaan bijvoeglijk naamwoord

  1. simultaan (gelijktijdig; tegelijk)
    simultáneo; a la vez; al mismo tiempo

Vertaal Matrix voor simultaan:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
simultáneo gelijktijdig; simultaan; tegelijk
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
a la vez gelijktijdig; simultaan; tegelijk alsmede; alsook; evenals; eveneens; evenzeer; gelijktijdig; mede; ook; tegelijk; tegelijkertijd; tevens
al mismo tiempo gelijktijdig; simultaan; tegelijk alsmede; alsook; dadelijk; direct; evenals; eveneens; evenzeer; gelijk; gelijktijdig; mede; meteen; onmiddellijk; ook; op hetzelfde moment; tegelijk; tegelijkertijd; terstond; terwijl; terzelfder tijd; tevens; tezelfdertijd

Verwante woorden van "simultaan":

  • simultane

Wiktionary: simultaan

simultaan
adjective
  1. gelijktijdig

Cross Translation:
FromToVia
simultaan simultáneo simultaneous — at the same time
simultaan simultáneamente simultaneously — occurring at the same time