Nederlands
Uitgebreide vertaling voor schreeuwer (Nederlands) in het Spaans
schreeuwer:
-
de schreeuwer (schreeuwlelijk; brulboei)
el llorón; el escandaloso; el chillón; el gritador; el voceador; el vociferador; el berreador; la boya sonora
Vertaal Matrix voor schreeuwer:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
berreador | brulboei; schreeuwer; schreeuwlelijk | |
boya sonora | brulboei; schreeuwer; schreeuwlelijk | |
chillón | brulboei; schreeuwer; schreeuwlelijk | |
escandaloso | brulboei; schreeuwer; schreeuwlelijk | |
gritador | brulboei; schreeuwer; schreeuwlelijk | |
llorón | brulboei; schreeuwer; schreeuwlelijk | huilebalk; huiler; jankebalk; janker; snottebalk |
voceador | brulboei; schreeuwer; schreeuwlelijk | |
vociferador | brulboei; schreeuwer; schreeuwlelijk | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
chillón | agressief; bitter teleurgesteld; doordringend; felgekleurd; felle; gewelddadig; indringend; krijserig; op afgebeten toon; schel klinkend; scherp; schreeuwerig; schril; snijdend; verbitterd; vlijmend; vlijmscherp | |
escandaloso | aanstootgevend; aanstotelijk; eerloos; infaam; schandaleus; schandalig; schandelijk; verfoeilijk; zondig | |
llorón | huilerig; snotterig | |
vociferador | krijserig; schreeuwerig |