Nederlands
Uitgebreide vertaling voor schot (Nederlands) in het Spaans
schot:
-
de schot (tussenschot; afscheiding; beschot; tussenmuur)
la pared; la raya; la cosecha; el disparo; la separación; el chute; el enmaderamiento; la cara; el pequeño tabique; el revestimiento de madera
Vertaal Matrix voor schot:
Verwante woorden van "schot":
Verwante definities voor "schot":
Computer vertaling door derden: