Nederlands
Uitgebreide vertaling voor schenden (Nederlands) in het Spaans
schenden:
-
schenden (ontheiligen; ontwijden)
Conjugations for schenden:
o.t.t.
- schend
- schendt
- schendt
- schenden
- schenden
- schenden
o.v.t.
- schond
- schond
- schond
- schonden
- schonden
- schonden
v.t.t.
- heb geschonden
- hebt geschonden
- heeft geschonden
- hebben geschonden
- hebben geschonden
- hebben geschonden
v.v.t.
- had geschonden
- had geschonden
- had geschonden
- hadden geschonden
- hadden geschonden
- hadden geschonden
o.t.t.t.
- zal schenden
- zult schenden
- zal schenden
- zullen schenden
- zullen schenden
- zullen schenden
o.v.t.t.
- zou schenden
- zou schenden
- zou schenden
- zouden schenden
- zouden schenden
- zouden schenden
en verder
- ben geschonden
- bent geschonden
- is geschonden
- zijn geschonden
- zijn geschonden
- zijn geschonden
diversen
- schend!
- schendt!
- geschonden
- schendend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor schenden:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
violar | aanranden | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
deshonrar | ontheiligen; ontwijden; schenden | onteren; ontwijden |
profanar | ontheiligen; ontwijden; schenden | |
violar | ontheiligen; ontwijden; schenden | aanranden; geweld gebruiken; inbreuk maken; misbruiken; onteren; ontwijden; overtreden; verkrachten; zich aan iemand vergrijpen |
Wiktionary: schenden
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• schenden | → funestar; quebrantar; profanar | ↔ entweihen — geweihte oder geheiligte Dinge schänden, entehren |
• schenden | → violar | ↔ violate — to break or fail to act by rules |
• schenden | → quebrar; romper; quebrantar | ↔ briser — rompre, mettre en pièces. |
• schenden | → estropear; echar a perder | ↔ détériorer — mettre en mauvais état. |
• schenden | → violar | ↔ violer — Enfreindre, porter atteinte à, attenter à |