Nederlands
Uitgebreide vertaling voor risicoloos (Nederlands) in het Spaans
risicoloos:
-
risicoloos
seguro; prudente; inofensivo; inocuo; a salvo; sin peligro; sin riesgo-
seguro bijvoeglijk naamwoord
-
prudente bijvoeglijk naamwoord
-
inofensivo bijvoeglijk naamwoord
-
inocuo bijvoeglijk naamwoord
-
a salvo bijvoeglijk naamwoord
-
sin peligro bijvoeglijk naamwoord
-
sin riesgo bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor risicoloos:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
seguro | assurantie; verzekering | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
a salvo | risicoloos | veilig |
inocuo | risicoloos | |
inofensivo | risicoloos | gevaarloos; ongevaarlijk; onschadelijk; onschuldig; schuldeloos; schuldloos |
prudente | risicoloos | aan te prijzen; aanbevelenswaardig; bedachtzaam; behoedzaam; bezonnen; competent; deskundig; geraden; helderziend; omzichtig; oordeelkundig; raadzaam; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig; voorspellend; vooruitziend |
seguro | risicoloos | absoluut; bedrijfszeker; beproefd; beslist; deugdelijk; geheid; gewis; heus; ongetwijfeld; probaat; ronduit; stellig; vast en zeker; veilig; vertrouwend; vertrouwende; voorwaar; voorzeker; waarachtig; waarlijk; welzeker; zeker |
sin peligro | risicoloos | gevaarloos; ongevaarlijk; onschadelijk; onschuldig; veilig |
sin riesgo | risicoloos | gevaarloos; ongevaarlijk; onschadelijk; onschuldig; veilig |