Nederlands

Uitgebreide vertaling voor retour (Nederlands) in het Spaans

retour:

retour [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de retour (terugkeer; terugreis)
    el retorno; el reintrego

retour bijwoord

  1. retour (achterwaarts; achteruit; terug)
    atrás; hacia atrás

retour [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het retour (retourbiljet)
    – treinkaartje waarmee je heen en terug kunt reizen 1
    el billete de ida y vuelta

retour [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de retour

Vertaal Matrix voor retour:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
billete de ida y vuelta retour; retourbiljet dagretour; retourtje
ida y vuelta retour
reintrego retour; terugkeer; terugreis
retorno retour; terugkeer; terugreis terugkomst; thuiskomst
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
atrás achteruit; achterwaarts; retour; terug achter; achteraan; achterop; achteruit; achterwaarts; averechts; daarachter; erachter; hierachter; naar achter; naar achteren; rugwaarts; terug; verkeerd
hacia atrás achteruit; achterwaarts; retour; terug achteren; achterover; achteruit; achterwaarts; naar achter; naar achteren; rugwaarts; terug

Verwante woorden van "retour":


Verwante definities voor "retour":

  1. terug naar de afzender1
    • ik stuur de formulieren retour1
  2. treinkaartje waarmee je heen en terug kunt reizen1
    • mag ik van u een retourtje Amsterdam?1