Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Spaans ->Vertaal ouderen

Vertaal ouderen van Nederlands naar Spaans

Overzicht

Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...

ouderen:
- viejos; mayores; gente mayor; tercera edad
ouder:
- padre; uno de los padres; papá; progenitor
- mayor
Wiktionary:
- ouder → anciano, padre

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ouderen (Nederlands) in het Spaans

ouderen:

ouderen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

de ouderen (oudelui)
el viejos; el mayores; la gente mayor; la tercera edad
- viejos [el ~] zelfstandig naamwoord
- mayores [el ~] zelfstandig naamwoord
- gente mayor [la ~] zelfstandig naamwoord
- tercera edad [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor ouderen:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
gente mayor	oudelui; ouderen
mayores	oudelui; ouderen	nestors; ouderejaars
tercera edad	oudelui; ouderen	bejaarde
viejos	oudelui; ouderen

Verwante woorden van "ouderen":

ouder

ouderen vorm van ouder:

ouder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de ouder

– vader of moeder ¹
el padre
- padre [el ~] zelfstandig naamwoord
de ouder (vader)

– vader of moeder ¹
el padre; el uno de los padres; el papá; el progenitor
- padre [el ~] zelfstandig naamwoord
- uno de los padres [el ~] zelfstandig naamwoord
- papá [el ~] zelfstandig naamwoord
- progenitor [el ~] zelfstandig naamwoord

ouder bijvoeglijk naamwoord

ouder
mayor
- mayor bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor ouder:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
mayor		majoor; nestor; oudste; oudste van een groep personen; senior
padre	ouder; vader	broeder; frater; geestelijke; kloosterling; monnik; pater; priester
papá	ouder; vader	pa; papa; paps
progenitor	ouder; vader
uno de los padres	ouder; vader
-	moeder
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
mayor	ouder	aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; behoorlijk; breed; enorm; flink; fors; groot; grootste; groter; grotere; heel erg; hoger; hogere; in zeer hoge mate; oudere; reuze; uit de kluiten gewassen

Verwante woorden van "ouder":

ouderen, ouders, oud

Verwante definities voor "ouder":

vader of moeder¹
- zijn ouders zijn vijfentwintig jaar getrouwd¹

Wiktionary: ouder

Cross Translation:

From	To	Via
• ouder	→ anciano	↔ elder — greater than another in age or seniority
• ouder	→ padre	↔ parent — person from whom one is descended

¹Muiswerk Woordenboek