Nederlands
Uitgebreide vertaling voor onrustigheid (Nederlands) in het Spaans
onrustigheid:
-
onrustigheid
Vertaal Matrix voor onrustigheid:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
agitación | onrustigheid | agitatie; beroering; deining; drukte; gedoe; gedraaf; gedrang; gehaast; geharrewar; gehol; gejaag; gejaagdheid; gejacht; gejakker; gewoel; herrie; kabaal; lawaai; leven; omhaal; ongedurigheid; onrust; ophef; oproer; opruiing; opschudding; opstand; opstootje; opzien; rel; rep; roerigheid; rumoer; schommeling; sensatie; spektakel; stress; toeloop; toevloed; turbulentie; verwarring; volksoproer; vuistgevecht; werveling; wiegeling; zeegang |
excitación | onrustigheid | geilheid; hitsigheid; lust; opgewondenheid; opwinding; prikkeling; seksuele geprikkeldheid; sensatie; zin; zintuiglijke gewaarwording |
nerviosidad | onrustigheid | nervositeit; plankenkoorts; zenuwachtigheid |
Verwante woorden van "onrustigheid":
onrustig:
Vertaal Matrix voor onrustig:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
agitado | bewogen; onrustig; roerig; turbulent; veelbewogen; woelig | bezet; druk; drukbezet; geagiteerd; gehaast; gejaagd; geprikkeld; gestressed; geërgerd; geïrriteerd; haastig; hard; hardop; hectisch; heftig; jachtig; joelend; levendig; luid; onbeheerst; ongedurig; onstuimig; rusteloos; schreeuwend; verhit |
inquieto | onrustig; roerig; woelig | krukkig; onbeholpen; ongedurig; ongemakkelijk; onhandig; opgelaten; rusteloos; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig |
nervioso | nerveus; onrustig | dooraderd; geagiteerd; gehaast; gejaagd; gestressed; haastig; jachtig; levendig; nerveus; verhit; zenuwachtig |
turbulento | bewogen; onrustig; roerig; turbulent; veelbewogen; woelig | rusteloos |
Verwante woorden van "onrustig":
Wiktionary: onrustig
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• onrustig | → cuidadoso; inquieto | ↔ inquiet — Qui est dans quelques troubles, dans quelques agitations d’esprit, soit par craintes, soit par irrésolutions et incertitudes. |