Nederlands
Uitgebreide vertaling voor onmachtig (Nederlands) in het Spaans
onmachtig:
-
onmachtig (hulpeloos)
impotente; sin potencia; sin fuerza-
impotente bijvoeglijk naamwoord
-
sin potencia bijvoeglijk naamwoord
-
sin fuerza bijvoeglijk naamwoord
-
-
onmachtig (machteloos)
inerme; indefenso; sin potencia; impotente; desemparado; débil; sin fuerza-
inerme bijvoeglijk naamwoord
-
indefenso bijvoeglijk naamwoord
-
sin potencia bijvoeglijk naamwoord
-
impotente bijvoeglijk naamwoord
-
desemparado bijvoeglijk naamwoord
-
débil bijvoeglijk naamwoord
-
sin fuerza bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor onmachtig:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
desemparado | machteloos; onmachtig | |
débil | machteloos; onmachtig | arm; armetierig; berooid; bleek; breekbaar; broos; flauw; flauwtjes; flets; fragiel; gammel; gebrekkig; hulpvragend; hulpzoekend; knullig; krakkemikkig; krukkig; kwetsbaar; onbeholpen; onhandig; pover; schutterig; slap; slapjes; slungelig; steunzoekend; stumperig; stuntelig; sukkelig; teer; verschoten; wankel; wrak; zwak; zwakjes |
impotente | hulpeloos; machteloos; onmachtig | impotent |
indefenso | machteloos; onmachtig | hulpeloos; weerloos |
inerme | machteloos; onmachtig | |
sin fuerza | hulpeloos; machteloos; onmachtig | bleekjes; dun; gammel; geen vet op de botten hebbende; iel; krachteloos; krakkemikkig; mager; pips; schraal; schriel; slap; slapjes; wankel; wee; ziekelijk; zwak |
sin potencia | hulpeloos; machteloos; onmachtig | krachteloos |