Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor nadelig (Nederlands) in het Spaans

nadelig:

nadelig bijvoeglijk naamwoord

  1. nadelig (ongunstig; onvoordelig)
    inconveniente; desfavorable; inadecuado; desventajoso; nocivo; adverso; dañoso; tener efectos negativos

Vertaal Matrix voor nadelig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inconveniente agonie; bezwaar; grief; het klagen; keerzijde; klacht; kwelling; nadeel; nood; ongemak; ongerief; schade; schaduwzijde; torment; verlies; verschrikking
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
adverso nadelig; ongunstig; onvoordelig
dañoso nadelig; ongunstig; onvoordelig duperend; leed aandoend; schade berokkenend; schadelijk
desfavorable nadelig; ongunstig; onvoordelig duperend; niet flatterend; onvoordelig
desventajoso nadelig; ongunstig; onvoordelig duperend; niet flatterend; onvoordelig
inadecuado nadelig; ongunstig; onvoordelig gebrekkig; ondeugdelijk
inconveniente nadelig; ongunstig; onvoordelig argwaan opwekkend; oneerbaar; ontaard; onzedelijk; onzedig; verdacht
nocivo nadelig; ongunstig; onvoordelig duperend; goddeloos; heilloos; schade berokkenend; schadelijk; verderfelijk; verdorven
tener efectos negativos nadelig; ongunstig; onvoordelig

Verwante woorden van "nadelig":

  • nadeliger, nadeligere, nadeligst, nadeligste, nadelige

Wiktionary: nadelig

nadelig
adjective
  1. kwalijk, schadelijk

Verwante vertalingen van nadelig