Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. moeten:
  2. Wiktionary:
  3. Gebruikers suggesties voor moeten:
    • hay que, deberse


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor moeten (Nederlands) in het Spaans

moeten:

moeten werkwoord (moet, moest, moesten, gemoeten)

  1. moeten (willen; believen)
    querer; tener que; haber de
  2. moeten (verplicht zijn; dienen)
    deber; tener que; haber de

Conjugations for moeten:

o.t.t.
  1. moet
  2. moet
  3. moet
  4. moeten
  5. moeten
  6. moeten
o.v.t.
  1. moest
  2. moest
  3. moest
  4. moesten
  5. moesten
  6. moesten
v.t.t.
  1. heb gemoeten
  2. hebt gemoeten
  3. heeft gemoeten
  4. hebben gemoeten
  5. hebben gemoeten
  6. hebben gemoeten
v.v.t.
  1. had gemoeten
  2. had gemoeten
  3. had gemoeten
  4. hadden gemoeten
  5. hadden gemoeten
  6. hadden gemoeten
o.t.t.t.
  1. zal moeten
  2. zult moeten
  3. zal moeten
  4. zullen moeten
  5. zullen moeten
  6. zullen moeten
o.v.t.t.
  1. zou moeten
  2. zou moeten
  3. zou moeten
  4. zouden moeten
  5. zouden moeten
  6. zouden moeten
diversen
  1. moet!
  2. moet!
  3. gemoeten
  4. moetend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

moeten [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het moeten
    el deber
    • deber [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor moeten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
deber moeten plicht
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
deber dienen; moeten; verplicht zijn lenen; ontlenen; schuldig zijn; zullen
haber de believen; dienen; moeten; verplicht zijn; willen zullen
querer believen; moeten; willen begeren; beminnen; hopen; houden van; kwijnen; kwijnend verlangen; liefhebben; minnen; op hopen zetten; smachten; snakken; spinzen; van hoop vervuld zijn; verlangen; wensen; willen
tener que believen; dienen; moeten; verplicht zijn; willen behoeven; benodigen; hoeven; nodig hebben; zullen
- dienen; zullen

Synoniemen voor "moeten":


Antoniemen van "moeten":


Verwante definities voor "moeten":

  1. verplicht zijn1
    • ik moet naar school1
  2. willen of wensen1
    • moet je nog koffie?1

Wiktionary: moeten

moeten
verb
  1. gedwongen zijn

Cross Translation:
FromToVia
moeten tener que have — must
moeten deber; tener que have to — obligation
moeten deber must — must
moeten deber should — expressing obligation

Verwante vertalingen van moeten