Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. mantels:
  2. mantel:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor mantels (Nederlands) in het Spaans

mantels:

mantels [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de mantels (overjassen)
    el abrigos; la trencas
    • abrigos [el ~] zelfstandig naamwoord
    • trencas [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mantels:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abrigos mantels; overjassen jassen
trencas mantels; overjassen jassen

Verwante woorden van "mantels":


mantel:

mantel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de mantel (overjas)
    el chaquetón; la chaqueta; el traje sastre; el abrigo; el anorak
  2. de mantel (overjas; jas)
    el abrigo
    • abrigo [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mantel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abrigo jas; mantel; overjas abri; afdak; beeldbuis; buis; bushalte; bushokje; luifel; wachthuisje
anorak mantel; overjas jack; windjack
chaqueta mantel; overjas beeldbuis; buis; colbert; halflange herenjas; jack; jak; jasje; triktrak
chaquetón mantel; overjas beeldbuis; buis; jack
traje sastre mantel; overjas

Verwante woorden van "mantel":


Wiktionary: mantel


Cross Translation:
FromToVia
mantel capa cape — garment
mantel capa cloak — cape
mantel abrigo; casaca; saco coat — outer garment covering the upper torso and arms
mantel manto mantle — geology: layer of the Earth
mantel capa; manto; abrigo manteau — Vêtement
mantel superficie surface — Traductions à trier suivant le sens